-18-
Wanneer stap voor stap een plan ontwikkeld zou gaan worden, waarover op
enig moment de commissie een negatief oordeel zou vellen, zal geen na
dere studie plaatsvinden. Raadslid Haveman heeft gelijk waar hij zegt,
dat de verleiding groot is om een krediet te gebruiken, wanneer dat
eenmaal gevoteerd is. Maar in het voorstel staat uitdrukkelijk vermeld
dat, wanneer de studie niet tot een positief resultaat leidt, er geen
opdracht verleend zal worden tot het ontwerpen van een bestemmingsplan.
Bij de beoordeling van een en ander zal de betreffende commissie inge
schakeld worden. Is haar oordeel negatief, dan gaat het college niet
verder en zal het de raad daarover inlichten. Dit is eigenlijk een
nieuwe methode van werken. Daarvoor heeft het college gekozen, omdat
het gaat om een zo gevoelige plaats in het centrum van het dorp. Vote
ring van dit krediet houdt dus niet in, dat het Willem Alexanderplein
bebouwd zal gaan worden. Het betekent niet meer dan een bestudering van
de mogelijkheden ter plaatse. De commissie was het daar overigens wel
mee eens. Criteria voor bebouwing heeft de raad eigenlijk al gegeven.
Hij heeft immers gezegd, dat de pleinfunctie behouden moet blijven, dat
bebouwing moet aansluiten bij de straatwand van de Hoolstraat, dat het
bouwwerk twee voorkanten moet hebben en dat het qua volume past bij het
kerkgebouw. Het college wil eerst bezien, of er gebouwd kan worden. Pas
daarna kan bekeken worden, of het sociale woningbouw, premiebouw of
vrije sectorbouw moet worden. Er is wel een verzoek ontvangen van de
regionale kruisvereniging om na te gaan of de bouw van een kantoor ter
plaatse tot de mogelijkheden zou kunnen behoren. De Partij van de Ar
beid is tegen iedere bebouwing. Zij zou wel een bestudering van de
groenvoorziening appreciëren, maar dat is thans niet aan de orde, het
geen niet wil zeggen, dat een dergelijke bestudering nimmer zal plaats
vinden. Raadslid van de Kreeke zegt, dat "ja" zeggen tegen dit voorstel
impliceert, dat er "ja" gezegd wordt tegen bebouwing. Spreekster zegt
dit te bestrijden. Zij verwijst hierbij naar datgene, wat ze hierover
eerder in haar betoog reeds gezegd heeft. Aan het adres van raadslid
Verstegen zegt zij, dat de betreffende commissie het college heeft ge
adviseerd, deze kwestie te gaan bestuderen. Meer niet. Het kan dus niet
zo zijn, dat er straks een bouwplan gaat komen, dat de raad niet wil.
Zo ver is het immers nog lang niet.
In tweede termijn zegt raadslid van Beek dat zijn gedachten inderdaad
al te ver gingen, waar hij sprak over de soort van bebouwing van de
groenstrook. Het college volgt thans een nieuwe methode van werken: