IGER-ONDERWIJSWET 1920
irlopige vaststelling uitgaven openbaar lager onderwijs (art. 55ter, lid 1)
jaar
datum vaststelling
Teteringen
1983
22 november 1984
(raad van voormelde gemeente;
«wegende, dat volgens artikel 55ter, lid 1, van de Lager-onderwijswet 1920 voorlopig vastgesteld moet
den:
het bedrag, dat de gemeente voor de openbare scholen voor gewoon lager onderwijs, waarvoor niet de
beslissing is genomen, bedoeld in artikel 55 quater van die wet, in het voorafgaand kalenderjaar werkelijk
heeft uitgegeven ter bestrijding van de kosten, bedoeld in artikel 55, onder e tot en met h en p, van die
wet, alsmede die van instandhouding;
het bedrag, dat overeenkomstig het per leerling bepaalde bedrag in verband met het aantal leerlingen
beschikbaar was gesteld;
eventueel het verschil tussen de onder a en b bedoelde bedragen;
;t bedrag van de uitgaven voor het openbaar lager onderwijs voor het bovenvermelde jaar, met inacht-
ming van de bedragen uit de gemeenterekening over dat jaar, zoals deze aan hem is overgelegd, voorlopig
et te stellen als volgt:
besluit:
standhouding schoolgebouwen
finge en dagelijkse reparaties aan schoolgebouwen
lerhoud schoolmeubelen
3.049,86
inschatting en onderhoud van schoolboeken, leermiddelen en schoolbehoeften voor
>er het betreft kosten voor vervanging wegens slijtage of aanvulling wegens ver
dichting, verwarming en schoonhouden van de schoolgebouwen
toolbibliotheken
lere uitgaven ter verzekering van de goede gang van het onderwijs:
8.323,09
11.318,43
kosten oudercommissies
kosten gymnastiekonderwijs
portokosten en andere kleine uitgaven
administratiekosten
202,—
2.343,—
998,44
2.620,58
31.255,40
hvegens gebruik van de schoolgebouwen door derden.
hul van de uitgaven voor het openbaar lager onderwijs
(bedrag a) f 31.255,40
'""oot aan ommezijde.
Esa^SDm 21233 vin (mei70)
-1.851.2
07-2