-21-
voor 2 zgn. converteerbare dagen moet opnemen. In het bedrijfsleven
zowel als bij de overheid is het goed gebruik om op die dagen het per
soneel eerder naar huis te laten gaan. Een winst dus voor de gemeente
van 3 a 4 uur per medewerker, als 24 en 31 december verplicht vrij ge
nomen moet worden. Omdat in de tussenliggende dagen geen massale toe
loop van burgers naar het gemeentehuis te verwachten is, is het in
verband met de dienstverlening aan het publiek alleen van belang, dat
het bureau van de burgerlijke stand gedurende enige uren per dag geo
pend is. De raadsleden prijzen de ambtenaren regelmatig voor hun in
zet. Daarom zou overwogen kunnen worden, de ambtenaren 3 a 4 uren te
schenken. Samen met de winst van 3 a 4 uur, waarover reeds gesproken
werd, maakt dat een hele vrije dag. De ambtenaren zouden dan een dag
voor eigen rekening kunnen nemen, zodat er dan een werkvrije periode
ontstaat van 22 december tot en met 1 januari. Ook in de omliggende
gemeenten gebeurt dit zo.
Hoe denkt het college over dit voorstel? Is er over deze aangelegen
heid overleg geweest met de medezeggenschapscommissie en zo ja, wat
heeft dat overleg dan opgeleverd?
Hebben zij, die recht hebben op een eenmalige uitkering, die uitkering
al ontvangen of krijgen ze die in ieder geval vóór de Kerstdagen?
Raadslid Mussers-Bruijninckx zegt gelezen te hebben, dat het Ministe
rie van W.V.C. aan de N.C.R.V. en de 3 Nederlandse Ouderenbonden
100.000,subsidie verstrekt heeft met als doelstelling jongeren en
ouderen met elkaar in contact te brengen. Profiteert daar de Tetering-
se Bond van Ouderen ook van?
Zij heeft onlangs twee commissievergaderingen meegemaakt, een van de
commissie O.C.W. en een van de commissie Financiën. In de commissie
O.C.W. werd door de voorzitter een "mededeling" gedaan over een subsi
diëring. Want er werd een sociaal-jongeren-werklozenproject opgezet
door het Rijk, waarin door het Rijk een subsidie van 75?ó zou worden
verleend en waarbij de rest ten laste van de gemeente zou komen. Vol
gens de voorzitter was er haast bij geboden en zouden de plannen in
januari in de raad moeten komen, omdat de subsidieaanvrage vóór 1 fe
bruari verzonden moest zijn. Het heeft haar allereerst al bevreemd
dat, als de commissie advies moet uitbrengen over een behoorlijk be
drag, er geen agendapunt van gemaakt was. De commissieleden vonden dat
kennelijk ook vreemd. Wie schetst echter haar verbazing toen zij moest
constateren, dat over dit onderwerp in de commissie Financiën in het
geheel niet gesproken werd. Er werd ook in de rondvraag niet op terug
gekomen. Na de vergadering kwam de heer van de Kreeke hierop terug.
