-46- Aan het adres van de fractie van de Partij van de Arbeid zegt spreker, dat het college toegeeft, dat de veranderingen in de portefeuilleverde ling wat ongerieflijk waren in het afgelopen jaar. De reden van de late behandeling van de begrotingen en de meerjarenbegroting moet hier zeker niet in gezocht worden. Het was veel meer en in hoofdzaak een gedegen voorbereiding van de stukken en overleg met de raad over opzet en uit voering van de hele presentatie. Overigens werd over de datum van de behandeling en de procedure met de raad overleg gepleegd, zodat voor het verwijt, dat het college zich niet zou houden aan de gemeentewet, ook de raad medeplichtig is. Het college streeft er naar om uiterlijk in de maand december 1985 de begroting voor 1986 te behandelen. De overige algemene punten komen bij de behandeling van de verschillen de hoofdfuncties aan de orde. Het college heeft waardering voor het feit, dat de fractie blijft hame ren op de door haar naar voren gebrachte zaken en op het realiseren van haar verkiezingsprogramma. Zoals alle partijen in deze raad komt de fractie terecht op voor de belangen van de kiezers, die in hun fractie voorzitter en in hun partij hun vertrouwen stellen. De strekking van de niet onderbouwde uitspraak, dat de heer van d^ Kreeke niet moe zal worden te strijden tegen onrecht, aangedaan aan de minst draagkrachti- gen in het dorp, ontgaat het college volkomen. Het is van mening, dat dit in het gemeentelijk gebeuren niet geschiedt. Spreker betreurt het voorts, dat de fractie Jan Joosen geen schrifte lijke vragen heeft gesteld, want dat kan zo veel verduidelijken in het onderlinge verkeer tussen college en raad. Overigens hechtte ook deze fractie haar goedkeuring aan de wijziging van het Reglement van Orde op 27 oktober 1983, waarin een herzien hoofdstuk VIII inzake "het onderzoek van de begrotingen" door de raad werd aangenomen. Het college rekent zich het verwijt van "hardleers zijn" dan ook op geen enkele wijze aan. In zijn antwoord aan de fractie van het C.D.A. zegt de voorzitter, dat het inderdaad verheugend is, dat de vorig jaar in de meerjarenbegroting geraamde post onvoorzien 44.000,hoger kon uitvallen en dat de ta rieven, met uitzondering van de reinigingsrechten, niet verhoogd be hoefden te worden. Daarbij moet wel goed in de gaten gehouden worden dat dit vooral te danken is aan de gunstige ontwikkeling van de rente lasten. Een omslag in dezen kan een heel ander beeld geven voor 1985 op korte termijn, voor de meerjarenbegroting op langere termijn. Daarvan-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 51