zijn, bereid zijn om vanuit een blanco-situatie met elkaar aan tafel te
gaan zitten. Een geheel nieuwe bouwlocatie zal aanmerkelijk meer tijd
vergen. Het college is overigens van plan, daar met spoed aan te gaan
werken. Het anders bestemmen van de bouwgrond in het resterende gedeel
te van Kerkeind 3 strookt niet met de exploitatie-opzet, zoals die door
G.S. goedgekeurd is. Bovendien zou het nauwelijks enig soelaas bieden.
Het college zal proberen zo snel mogelijk met Kerkeind 4 in de raad te
rug te komen.
De fractie Jan Joosen vraagt hoeveel woningen het college van plan is
in Kerkeind 4 te gaan bouwen. Zoals reeds gezegd zullen dat er ongeveer
90 zijn: 80% in de gesubsidieerde en 20% in de vrije sector. Zouden de
tennisbanen gehandhaafd moeten worden, dan kunnen er maar 33 woningen
gebouwd worden, hetgeen waarschijnlijk betekent, dat fase 4 dan niet
rendabel zal zijn. De vraag, wat de bouw van woningen in de vrije sec
tor te maken heeft met de noodzaak van de ontwikkeling van Kerkeind,
fase 4, is haar niet duidelijk.
Verschillende fracties hebben gesproken over het Willem Alexanderplein
De fracties van de P.v.d.A. en het C.D.A. spreken over een herinrich
ting van dat plein en, zo zegt het C.D.A. over de daarmee gepaard
gaande financiële consequenties.
De gemeenteraad heeft het college enige jaren geleden verzocht om te
bestuderen of er in het dorp nog plaatsen te vinden zijn waar de bouw
van woningen mogelijk is. De groenstrook aan het Willem Alexanderplein
is een locatie, die al in een veel vroeger stadium als bouwlocatie aan
gewezen is. Ooit was daar het gemeentehuis gepland. Daarom is opnieuw
onderzoek naar bouwmogelijkheden ter plaatse opgestart. Het college
heeft steeds gezegd, dat daardoor de pleinfunctie niet aangetast zal
mogen worden. Er bestaan thans geen plannen tot herinrichting van het
plein. Zij is van mening, dat daartoe ook de financiële middelen ont
breken. Een eventuele bebouwing van de groenstrook zal slechts kunnen
plaatsvinden via een optimaal overleg met alle betrokkenen.
Raadslid van de Kreeke vraagt bij interruptie, of het college voorne
mens is in te gaan op zijn verzoek om een onderzoek in te stellen naar
de functie nu en in de toekomst van het Willem Alexanderplein.
Wethouder Vossenaar-Blokdijk vervolgt en zegt, dat zij van mening is,
dat het college op dit moment niet met voorstellen in deze richting zal
komen. Het is overigens niet uitgesloten dat, indien de studie naar de
mogelijke bebouwing van de groenstrook is afgerond, op dat moment zal
kunnen blijken, dat het gewenst of noodzakelijk is om verder te kijken
