- 10 -
Vragen behoren echter gesteld te worden aan het college en niet aan een
lid daarvan. Het college zal dan wel beslissen, wie de vragen gaat be
antwoorden.
Wethouder de Lange zegt, dat het college er voorshands geen rekening
mee wenst te houden, dat de gemeente ondersteuning van derden zal moe
ten missen. Op 1 april zal hij een onderhoud hebben met de voorzitter
van de Commissie Afvalverwerking in het Stadsgewest over deze brief van
de provincie. Bij die gelegenheid zal hij er warm voor pleiten, dat er
voor de gemeente toch nog iets goeds uit de bus komt. Hij denkt daarbij
o.a. aan een stadsgewestelijke steunaanvrage via een koppeling met Zun-
dert en Rijsbergen bij de Provincie uit het fonds "perspectiefvolle pro
jecten". Daarnaast wordt gedacht aan de mogelijkheid van het voeren van
een interimbeleid verwerking Teterings afval met financiële steun van
het Stadsgewest. Mocht deze bespreking tot niets leiden, dan nog gaat
het college niet bij de pakken neerzitten. Het gaat dan opnieuw overwe
gen, wat de gemeente zelf kan doen De voortrekkersrol op milieugebied
moet gehandhaafd blijven.
Raadslid van Beek zegt, dat hij nog geen antwoord gekregen heeft op
zijn vraag, wat er op enig moment met het huisvuil gedaan zal gaan wor
den. Daar zal toch te gelegener tijd duidelijkheid over moeten ont
staan. Daarbij is het natuurlijk van belang te bekijken, of in regio
naal verband verwerking mogelijk is. Het is natuurlijk niet mogelijk om
dit proefproject ten eeuwigen dage te handhaven.
Raadslid van de Kreeke zegt, dat de wethouder gesproken heeft over een
koppeling met Rijsbergen en Zundert. Dit onderwerp is ook uitvoerig be
sproken in de begrotingsvergadering. Daarin heeft de wethouder met na
druk gezegd, dat aan de gemeente Teteringen twee andere gemeenten toe
gevoegd worden. Handhaaft hij dit standpunt?
\loorts heeft de wethouder in de begrotingsvergadering ook gezegd, dat
Teteringen als allereerste en pas daarna Rijsbergen en Zundert hun af
val in Rucphen zullen kunnen aanbieden. Dat gaat dan nog iets verder. Mede
gelet op het feit, dat van de provincie geen financiële steun ontvangen
zal worden, is het van groot belang te weten, of de wethouder nog
steeds achter zijn eerder gedane uitspraken staat.
Raadslid Joosen vraagt andermaal, wie nu het beste geweest is met het
proefproject: is dat de gemeente of haar burgers, het Stadsgewest of de
fa. Boon? Spreker is altijd blij geweest met dit proefproject, maar nu
vindt hij, dat de gemeente door eenieder in de steek gelaten wordt,
terwijl er toch mooie beloften gedaan zijn. Nu worden er definitieve
uitspraken gedaan en dan hoort de raad niets anders dan dat er passages
