- 9 -
Hij denkt dat het goed is dat het Stadsgewest een afslanking gaat door
maken. Voorts merkt hij op dat de gemeente Breda er nog niet uit is
voor wat betreft het ledental van het Dagelijks Bestuur. Het komt hem
juist voor, dat het dagelijks bestuur zal bestaan uit negen leden. De
aanwijzing van de voorzitter van de Gewestraad is eigenlijk afhankelijk
van de afvaardiging van de Bredase gemeenteraad. Indien die raad be
sluit om zijn voorzitter af te vaardigen naar de gewestraad, dan is het
naar zijn mening een goede zaak dat hij voorzitter wordt.
Raadslid Schlösser zegt, dat het verhaal over de wijziging van de
structuur en de taken van het Stadsgewest een gecompliceerd verhaal is,
een typisch Stadsgewests-verhaalHet is moeilijk te lezen. Om te be
ginnen de presentatie. Het preadvies, afgeleid van een gewestraadstuk,
is vrijwel niet te lezen. Waarom niet naast elkaar de oude en de nieuwe
regeling Stadsgewest Breda gezet? De duidelijkheid zou er mee gediend
zijn geweest. Over de inhoud is nog een aantal opmerkingen te maken.
Alle geharrewar over aantallen afgevaardigden en aantallen stemmen: dat
moet natuurlijk wel geregeld worden. Maar dat mag niet verdoezelen dat
in een goed functionerend samenwerkingsverband de wil tot samenwerking
voorop dient te staan. In dat verband is het terecht, dat het recht
van veto zal gaan vervallen. Als men niet tot samenwerking bereid is,
moet men niet de zaak gaan blokkeren, maar dan moet men eruit stappen.
Vervolgens: een wijziging van de samenstelling van het dagelijks be
stuur. Enerzijds zal zeer waarschijnlijk de burgemeester van Breda
voorzitter van de Stadsgewestraad worden, maar anderzijds wordt het
aantal dagelijkse bestuursleden met één uitgebreid omdat de voorzitter
boven de partijen moet staan. Waarom dan niet gewoon de meest geschikte
voorzitter gekozen? In de bestuurscommissie Gezondheidsdienst en dat
zal in de andere bestuurscommissies ook wel zo zijn, komen geen gewone
gewestraadsleden voor.
Uit overwegingen van representatie en verantwoording ware het hem lie
ver geweest als er meer gewestraadsleden lid van bestuurscommissies
konden worden.
Overigens, ondanks alle kritiek, moet nu worden toegejuicht, dat de
functie van elke onderscheiden gemeente nadrukkelijk wordt erkend. Met
name voor kleine gemeenten is het van belang zich in het
samenwerkingsverband van het Stadsgewest erkend te zien als partner en
niet als aanhangsel.
Zijn fractie stemt met dit voorstel in en hoopt, dat toch minstens een
gedeelte van de geleverde kritiek later tot de kinderziekten kan worden