- 25 -
P.v.d.A. vindt dit een hele slechte zaak voor hen, die in 1987 een
huurhuis willen en er geen bouwgrond is om dergelijke huizen nog te
zetten. Zo is de situatie op dit moment. Hij neemt aan dat deze frac
ties op de hoogte zijn van de financiële toestand van de diensten in
deze gemeente. De opbrengst van verkoop van grond was steeds de reden
om de kostprijs van de woningwetwoningen te drukken. Maar deze raad kan
besluiten om voor 1986-1990 meer grond ter beschikking te stellen voor
woningwetwoningen zonder dat dit kostprijsverhogend mag werken. Er
wordt voorgesteld om het woningbouwprogramma '86/90 vast te stellen,
zoals in de planninglijst is aangegeven, in een verhouding 50:38:12. Er
wordt een netto-bouwprogramma verwacht, waarin de verhouding anders
komt te liggen. Er komt dus aanmerkelijk meer grond beschikbaar voor
vrije-sectorbouw, precies wat de andere fracties willen.
Zijn fractie vraagt om terughoudendheid bij de verkoop van bouwgrond
aan particulieren tot het zeker is dat ook na 1986 grond beschikbaar is
voor het bouwen van huurwoningen.
In de raadsvergadering van 30 augustus 1984 merkte spreker bij inter
ruptie op, dat bij een prognose voor verdeling woningbouw in Kerkeind
al was uitgegaan van de verhouding 40:40:20. Wethouder Vossenaar-Blok-
dijk zei toen, dat de raad altijd een andere verdeling voor kan stel
len. Welnu, hij hoopt, dat deze raad toch kiest voor meer bouwgrond
voor huurwoningen.
Raadslid Joosen heeft het bevreemd, dat er in de commissievergadering
van Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting gesproken werd over zo'n
hoog percentage woningwetwoningen. Nu hij het dorpenplan gezien heeft
en de stelregels van het Stadsgewest gelezen heeft, begrijpt hij dit.
Als het zo toegelicht was, had er niet zo lang over gesproken behoeven
te worden en dan had raadslid Van de Kreeke niet zo in de war geweest
dat hij meent, dat alle fracties gestreden hebben voor vrije-sectorwo-
ningen. Spreker heeft toen alleen maar gevraagd hoe het college aan de
percentages kwam.
Raadslid Verstegen zegt, dat hij tot de overtuiging is gekomen dat de
aanvraag van dit woningbouwprogramma in feite niet zoveel te maken
heeft met het bouwplan, zoals het door de raad is vastgesteld. Er wordt
nu gesuggereerd, dat de fracties van de vier groeperingen vorige week
gepleit hebben voor een stimulering van de vrije-sectorbouw. Tijdens
die commissievergadering heeft echter niemand namens zijn fractie ge
sproken. Dat is ook niet de gewoonte.