- 26 -
Voorts vraagt hij, wat de oorzaak is van het programmatisch tekort. Het
richtgetal mag met 1/6 deel van het programmatisch tekort aangevuld
worden. Waar is dat op gebaseerd? Er wordt ook nog gerept van een aan
vullend bouwprogramma wegens sanering. Waarop zou dat in Teteringen van
toepassing kunnen zijn?
Raadslid Van Beek zegt dat zijn fractie ten aanzien van het woningbouw
programma niet veel op te merken heeft. Het woningmarktonderzoek heeft
echter wel de aandacht getrokken. Daar wordt namelijk in vermeld, dat
onze gemeente te weinig huurwoningen gebouwd heeft. Waar stoelt zo'n
redenering op? Alle gemeenten hebben toch steeds getracht om tot een zo
groot mogelijk aantal huurwoningen te komen? Is er in onze gemeente zo
veel behoefte aan meer huurwoningen? Er moet toch gebouwd worden naar
gelang er behoefte is? Spreker wijst in dit verband naar de toewijzing
van woningen aan de Gaarshof. Toen werden er toch wat vraagtekens gezet
bij die behoefte. Maar het kan best zijn, dat er in de mate van be
hoefte een snelle golfbeweging zit. Of is uit vrij recente gegevens
wellicht gebleken, dat de samenstelling van de gemeente het beeld te
zien geeft van een grotere behoefte aan huurwoningen op korte termijn.
Raadslid Haveman zegt, dat hij ook in de commissievergadering betoogd
heeft dat hij er mee akkoord kan gaan, dat er meer woningwetwoningen
gebouwd moeten worden. Namens zijn fractie herhaalt hij nu deze stel
ling. Voorts vraagt hij een toelichting op de becijfering in het voor
stel
De voorzitter zegt in zijn antwoord aan raadslid Van Beek, dat de con
statering in het woningmarktonderzoek, dat er te weinig huurwoningen
gebouwd zijn, een constatering is van dit moment. Dat is geen constate
ring in verwijtende zin. Onze gemeente heeft immers altijd het maximaal
te verkrijgen contingent huurwoningen gebouwd. Uit het onderzoek nu
blijkt, dat er aan Teteringen in de toekomst meer huurwoningen toegewe
zen moeten worden. Dat is de bedoeling van de constatering.
Uit recente gegevens is inderdaad gebleken, dat er een grotere behoefte
aan huurwoningen ontstaan is. Dat vindt zijn oorzaak in de vestiging
van een groot aantal mensen, zo'n tien tot twintig jaar geleden. Hun
kinderen komen nu op de woningmarkt. Dat is te merken aan de verzoeken
om inschrijving als woningzoekende. Aan het adres van raadslid Van de
Kreeke zegt hij, dat geheel conform de richtlijnen van het Stadsgewest
het woningbouwprogramma opgesteld is. Het college heeft zich dus niet
alleen maar aan de randvoorwaarden gehouden. Het netto-bouwprogramma is
berekend aan de hand van de percentages, zoals die in 1985 gehanteerd