- 16 -
voor de operatie niet de algemene reserve aangewend wordt?
Raadslid Haveman zegt, dat zijn fractie zowel bij de begrotingsbehande
ling 1985 als in de vorige raadsvergadering al heeft laten weten, voor
stander van verplaatsing te zijn, omdat daardoor de bouwlocatie Kerkeind
4 kan ontstaan. Het voorstel dient, zoals raadslid van Beek opmerkte, in
derdaad een tweeledig deel. Maar wat gaat er nu gebeuren, indien de ont
sluiting van Kerkeind 4 via de Groenstraat niet kan doorgaan? Deze ont
sluiting stuit immers op bezwaren bij de bewoners van de Groenstraat.
Houdt dat bebouwing tegen of kan er hangende de procedure toch doorgegaan
worden met bouwen?
Zijn fractie - hij zal reeds gestelde vragen niet herhalen - is eveneens
benieuwd naar het waarom van de voorgestelde wijze van financieren. Is
door het college naar lichtmasten, voorzien van zodanige lichtbundels ge
keken, dat er voor derden geen overlast zal gaan ontstaan en die daar
naast optimaal geschikt zijn voor de sportbeoefening?
Gaarne zou hij van raadslid Joosen een nadere uitleg krijgen van diens
gezegde, dat Dorpsgemeenschap en VVD met deze tennisbanen gemanoeuvreerd
hebben.
De voorzitter zal ingaan op de financiële aspecten van dit voorstel. Het
is een goede zaak om te trachten dit soort investeringen, die een tweele
dig doel dienen, en met name in dit geval de woningbouw, in hun doelstel
ling tot hun recht te laten komen. Daarom is het verantwoord, uit de re
serves te putten, waardoor een groot deel van de investering in een keer
wordt afgeschreven, zodat het nageslacht niet tot in lengte van jaren be
last wordt. Het gaat hier niet om het verdoezelen van kapitaallasten maar
om het zo goed mogelijk aanwenden van reserves.
Uit het bestemmingsplan "Het Kerkeind" zijn zeer redelijke overschotten
te verwachten. Die overschotten staan in verband met de woningbouw en het
is dan ook alleszins aanvaardbaar om een gedeelte er van ook daarvoor aan
te wenden.
Wethouder Vossenaar-Blokdijk zegt, dat zij moeite heeft met de opmerking
dat, als er een vijftal jaren geleden een bouwlocatie was aangewezen, de
gemeente nu deze investering niet had behoeven te doen. Dat is een kort
zichtige opmerking. Het geachte raadslid moet weten, dat aanwijzing van
een bouwlocatie en het realiseren van een bestemmingsplan niet iets is,
wat in vijf jaar tot stand kan komen. Daar gaat gauw een jaar of tien mee
heen. Zij is het helemaal eens met de opmerking van de raadsleden Ver
stegen en van Beek, die zeggen: zo lang de gemeente zelf nog grond heeft
liggen, moet zij van andermans grond afblijven. Het college heeft zich
een aantal jaren geleden bezonnen.