beide in tripartite overleg tussen werkgeversorganisaties, werknemersor
ganisaties en de Minister tot stand zijn gekomen, gelden als voornoemd
Besluit
f. de instelling sluit met de beroepskrachten een schriftelijke
arbeidsovereenkomst
g. de instelling moet met inbegrip van het gemeentelijk subsidie een slui
tende exploitatie hebben;
h. de oudere bevolking, de vrijwilligers en de beroepskracht moeten bij het
beleid van de instelling worden betrokken;
i. de instelling sluit een verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid
en verzekert haar roerende en/of onroerende goederen tegen schade door
brand, storm, diefstal en eventuele andere door burgemeester en wethou
ders van de centrumgemeente aangewezen risico's;
j. de instelling draagt er zorg voor dat besluiten en stukken omtrent za
ken, waarvoor ingevolge de provinciale bijdrageregeling voorafgaand
overleg met en/of goedkeuring van G.S. vereist is, tijdig aan burgemees
ter en wethouders van de centrumgemeente worden ingezonden.
Artikel 8
1. De instelling streeft naar inschakeling van vrijwilligers bij haar
werkzaamheden.
2. de instelling bevordert deelneming van de ouderen aan het maatschappe
lijk verkeer ter plaatse.
Artikel 9
Het bestuur van de instelling verstrekt desgevraagd aan de daartoe door
G.S. en/of burgemeester en wethouders van de centrumgemeente aan te wijzen
ambtenaren alle inlichtingen omtrent aard en omvang der werkzaamheden.
Artikel 10
1. De boekhouding van de instelling moet op overzichtelijke wijze worden
gevoerd. Als boekjaar geldt het kalenderjaar.
2. Voor alle uitgaven welke voor subsidie in aanmerking komen, moeten be
wijsstukken ten name van de instelling aanwezig zijn waaruit de aard van
de geleverde goederen of verrichte diensten duidelijk blijkt.
3. Bewijzen van betaling via een andere post- of bankrekening dan die ten
name van de betreffende instelling kunnen niet als geldig worden aange
merkt.
4. In een afzonderlijk register moet aantekening worden gehouden van de af-
