- 39 -
ners voorrang krijgen bij de uitgifte van grond.
De voorzitter merkt op dat de criteria voor de verkoop van bouwgrond in
principe gericht zijn op verkoop aan inwoners van Teteringen. Deze crite
ria zijn destijds door de gemeenteraad vastgesteld en zijn weer verlaten
op het moment dat de verkoop wat stagneerde, met name in 1982 en 1983. Het
is en blijft echter zo, dat inwoners van Teteringyn^ i?iriÈPann?nerking kunnen
komen voor verkoop van bouwgrond. Pas als dat niet blijkt te lukken komen
gegadigden van buiten Teteringen in aanmerking. In de 3de fase van Het
Kerkeind is de laatste jaren uitsluitend grond verkocht aan inwoners van
Teteringen. Er is nu bij voorstel 8a weliswaar sprake van verkoop aan een
inwoner van Breda, maar het gaat hier om grond in de eerste fase van Het
Kerkeind, waar een drietal percelen heel lang onverkocht zijn gebleven,
omdat daarvoor geen belangstelling was. Deze trekt nu weer wat aan, doch
voor het perceel, genoemd in voorstel 8a, kon geen gegadigde uit Teterin
gen worden gevonden, waarna de grond is aangeboden aan de thans voorge
stelde koper, die al enige jaren belangstelling had voor dit perceel. In
de 3e fase van Het Kerkeind zijn momenteel nog twee percelen beschikbaar,
die beslist aan inwoners van Teteringen uitgegeven zullen worden. Het col
lege hoopt op korte termijn, waarbij gedacht wordt aan het volgend jaar,
in de gelegenheid te zijn Kerkeind-4 aan snee te laten komen, opdat ook
daar weer bouwgrond kan worden uitgegeven. De nodige belangstelling daar
voor, zowel uit Teteringen als buiten Teteringen, is reeds aanwezig. De
aldaar beschikbare percelen zullen zeer gedoseerd worden uitgegeven met
handhaving van het criterium dat eigen inwoners een zeer uitdrukkelijke
voorrang hebben. Pas wanneer na lange tijd zou blijken dat een stuk bouw
grond voor eigen inwoners niet interessant lijkt, wordt het verkocht aan
gegadigden buiten Teteringen. De voorzitter denkt echter, gelet op de er
varingen in de 3e fase van Het Kerkeind, dat daarvoor in Kerkeind-4 nauwe
lijks gevaar bestaat.
Raadslid Joosen vraagt zich af of er melding is gemaakt van het verlaten
van de criteria voor gronduitgifte door het college.
Bij interruptie wijst de voorzitter erop, dat de raad die beslissing heeft
genomen in 1982 of 1983, toen de bouw van de vrije sector stagneerde en de
financiering van het plan in gevaar kwam.
Raadslid Joosen vraagt vervolgens of thans weer de oorspronkelijke crite
ria gehanteerd zullen worden, hetgeen door de voorzitter wordt bevestigd.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig de voor
stellen van burgemeester en wethouders.