-30-
commissie. Dat er niet uitgekomen is hetgeen men wilde, wijt zij aan de
onbekendheid met de wijze van vergaderen op deze manier. In tweede ter
mijn waren de commissieleden in de gelegenheid om met elkaar te discus
siëren. Dat daar niemand gebruik van heeft gemaakt kan de voorzitter niet
verweten worden. Tot raadslid Brounts zegt de voorzitter dat een aantal
vragen, dat gesteld is, enige studie vergt alvorens er schriftelijk op
geantwoord kan worden. Zij zegt toe dat dat zo spoedig mogelijk gebeurt.
Het college is nog steeds van plan om nog dit jaar de raad een voorstel
te doen toekomen m.b.t. een nieuwe bouwlokatie. Het is het college niet
bekend, dat inwoners van Teteringen niet meer mee mogen doen aan het
sociaal-cultureel werk in Breda. Zij zal daar informatie over inwinnen.
In tweede termijn zegt raadslid Prince dat de mensen, die aan de proef
deelnemen, nog steeds bezig zijn het huisvuil te scheiden. In wezen doen
zij dat voor niets, omdat de proef in Rucphen is stopgezet. Hij vraagt om
de deelnemers te informeren over de juiste stand van zaken. Spreker zegt
dat hem ter ore is gekomen dat velen twijfelen aan de noodzaak van een
nieuwe bouwlokatie. Hij vraagt het college in "Aller-Lei" een artikel te
plaatsen omtrent de noodzaak daartoe, zodat de mensen wat meer duidelijk
heid krijgen.
Raadslid Valk vraagt een artikel in "Aller-Lei" te plaatsen waarin mede
gedeeld wordt waarom voor de betaling C.A.I. en reinigingsrechten de
huidige manier gekozen is.
Tot raadslid Joosen zegt hij, dat het jammer is dat de heer Joosen niet
bij de vergadering van de commissie Financiën van vorige week maandag
was. In die vergadering heeft spreker gesteld dat het goed zou zijn in
dien iedere fractie, ter wille van de tijd, van te voren vragen zou in
dienen, zulks om de begrotingsbehandeling goed te laten verlopen en bin
nen een nader te bepalen tijdsbestek af te ronden.
Raadslid Joosen zegt bij interruptie, dat hij begrepen had, dat die frac
ties, die geen schriftelijke vragen gesteld hadden, niet verder geïnfor
meerd behoefden te worden.
Raadslid Valk zegt duidelijk geen bezwaar te hebben tegen het doen toeko
men van beantwoording van door het C.D.A. gestelde vragen aan de andere
fracties.
Raadslid De Lange zegt geen goed antwoord gekregen te hebben op zijn
vraag inzake de openstelling van het VDM benzinestation. Hij herinnert de
voorzitter aan een mondelinge mededeling aan één van de verontruste pomp
houders, dat het VDM benzineverkooppunt niet langer open zou zijn dan de
supermarkt zelf.
