De raad der gemeente
gezien het schrijven d.d. 7 oktober 1986 van het bestuur van het
Instituut Ziektekostenvoorziening Ambtenaren (I.Z.A.) ten behoeve
van het personeel in dienst der gemeenten in de provincie Noord-
Brabant inzake wijziging van de IZ.A.-regeling Noord-Brabant;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.7 januari 1987
gelet op zijn besluit d.d. 30 juli 1953 tot het aangaan van c.q.
de toetreding tot de I.Z.A.-regeling Noord-Brabant en mede gelet op
het bepaalde in artikel 32, eerste lid, dier regeling;
BESLUIT:
de IZA.-regeling Noord-Brabant als volgt te wijzigen:
ARTIKEL I.
In artikel 1, eerste lid, worden na wijziging van de aanduiding van
de onderdelen n., o. en p. in "o.", "p." en "q.", de letters m. en
n. als volgt gelezen:
"m. uitkering: een uitkering als bedoeld in de Wet uitkering wegens
vrijwillig vervroegd uittreden (Stbl. 1984, 273) toegekend uit
de betrekking waaraan het deelnemerschap in de zin van deze re-
geling werd ontleend;
"n. Centraal Overleg: het overleg tussen het College voor Arbeids-
zaken van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de tot dat
overleg toegelaten Centrales van Overheidspersoneel;"
ARTIKEL II.
Artikel 3, onder b., wordt vervangen door een nieuw sub b., luiden
de:
"b. de ambtenaar, die de dienst van een gemeente in het genot van
pensioen, wachtgeld of uitkering heeft verlaten, indien hij op
de dag voorafgaande aan het ontslag deelnemer was en aan de
secretaris van het Instituut schriftelijk binnen een maand na
dat tijdstip te kennen heeft gegeven dat hij onder volledige
aanvaarding van deze regeling deelnemer wenst te blijven;
ARTIKEL III.
Artikel 4, tweede lid, sub b., sub d. en sub h., wordt als volgt
gewijzigd: