Artikel 4: Uitbetaling van de vergoeding
Burgemeester en wethouders bepalen bij de toekenning van een vergoeding
van de vervoerkosten de wijze en het tijdstip van de uitbetaling, alsmede
de tijdsduur van de vergoeding.
Artikel 5: Aanvraagprocedure
1 Een aanvraag voor een vergoeding van de vervoerkosten geschiedt door
de ouders door middel van een door burgemeester en wethouders beschikbaar
te stellen aanvraagformulier.
2 De in het eerste lid bedoelde aanvraag geschiedt, indien het betreft
een aanvraag voor het nieuwe schooljaar, voor 1 juni voorafgaand aan dat
nieuwe schooljaar.
3 Burgemeester en wethouders beslissen bij een aanvraag als bedoeld in
het tweede lid, voor 13 juli voorafgaand aan het nieuwe schooljaar,
indien het betreft een juist en volledig ingevuld aanvraagformulier met
noodzakelijke bijlagen.
4 Indien de ouders een aanvraag voor een vergoeding van de vervoerkos
ten indienen voor het nieuwe schooljaar, na de datum als bedoeld in het
tweede lid, dan wel indien de ouders een aanvraag indienen gedurende het
schooljaar, beslissen burgemeester en wethouders binnen 45 dagen na
ontvangst van een juist en volledig ingevuld aanvraagformulier met nood
zakelijke bijlagen.
5 Burgemeester en wethouders kunnen de in het derde en vierde lid be
doelde beslissing ten hoogste dertig dagen verdagen. Van de verdaging
wordt voor de afloop van de in het derde en vierde lid genoemde termijnen
schriftelijk mededeling gedaan aan de ouders.
6 Burgemeester en wethouders delen de beslissing op de aanvraag binnen
veertien dagen schriftelijk aan de ouders mede.
7 Indien burgemeester en wethouders niet hebben besloten binnen de ter
mijnen genoemd in het derde of vierde lid, en indien van toepassing het
vijfde lid, wordt de aanvraag geacht te zijn toegewezen.
8 Indien een vergoeding van de vervoerkosten wordt toegekend, wordt de
ze vergoeding verstrekt:
a.indien het betreft een aanvraag voor het nieuwe schooljaar, met ingang
van het nieuwe schooljaar;
b.indien het betreft een aanvraag gedurende het schooljaar, met ingang
van de door de ouders in het aanvraagformulier verzochte datum van in
gang, echter niet voor de datum van ontvangst van de aanvraag door
burgemeester en wethouders.
9 Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen een andere
ingangsdatum van de vergoeding, dan bedoeld in het achtste lid,
vaststellen
10 Met betrekking tot de in deze verordening genoemde termijnen is de
Algemene Termijnenwet (Stb.1964, 314) van overeenkomstige toepassing.
Artikel 6-.Verplichting tot overleggen gegevens
1 De ouders zijn verplicht de door burgemeester en wethouders verlang
de gegevens, welke voor een juiste beoordeling van de aanvraag voor een
vergoeding nodig zijn, te verstrekken en zonodig door het overleggen van
bewijsstukken te staven.
2 Indien de ouders niet voldoen aan de in het eerste lid, gestelde ver-