die toch ondernemers moet steunen, vraagt om uitstel omdat ze iets
heeft horen zeggen. Het bezwaarschrift heeft wel degelijk bij de
stukken gelegen.
In de commissievergaderingen moet duidelijk gesproken worden. En dat
gebeurt veel te weinig. Acht jaar geleden was hij al voorstander van
deze kwestie. Met streken, zoals die vanavond uitgehaald worden, helpt
men ons dorp naar de knoppen. Het slechte bestuur, dat we nu hebben,
zal de herindeling van Teteringen zeker bevorderen.
Raadslid van Geffen is van mening, dat een bedrijf van deze omvang niet
thuis hoort op de plaats, waar het nu gevestigd is.
Raadslid Joosen interrumpeert en vraagt, waarom zoiets niet in de com
missievergadering gezegd wordt.
Raadslid van Geffen: omdat ik geen lid van die commissie ben.
Raadslid Joosen meent, dat een dergelijke mening ook aan de fractie
voorzitter medegedeeld kan worden. Er is al acht jaar tijd geweest om
over dit onderwerp een mening te krijgen.
Raadslid van Geffen zegt voorts van mening te zijn, dat het bedrijf nog
steeds groeiende is. Dit bedrijf zou dan ook veel dichter bij een auto
baan moeten zitten. Hij denkt daarbij met name aan een behoorlijk ont
sloten industrieterrein. Voorts is spreker van mening, dat een tweede
bedrijfswoning ter plaatse niet nodig is. Een dergelijke woning kan ook
in de bebouwde kom gerealiseerd worden. De motieven, die in 1983 uit
breiding in de weg stonden, gelden voor spreker ook nu nog.
Hij zal tegen dit voorstel stemmen.
Raadslid Prince zegt, dat hij in de vergadering van de commissie R.O.en
V. Mevrouw van Hooydonk-Rijkendie ziek was, vervangen heeft. Dit wil
hij overigens niet als excuus gebruiken, In die vergadering heeft hij
een positief advies uitgebracht. De importantie en de vérstrekkende ge
volgen, inherent aan dit voorstel, heeft hij daarbij onderschat. Uit
het fractieberaad bleek hem, en hij geeft hierbij het gevoelen van de
fractie weer, dat te veel facetten, die aan dit voorstel kleven, onbe
licht zijn gebleven. Daarom dient hij het volgende voorstel van orde in
"Ik verzoek de voorzitter om mijn voorstel tot aanhouding van dit agen
dapunt in stemming te brengen".
De voorzitter zegt, dat hij dit ordevoorstel in behandeling zal nemen,
nadat ook de heer Valk in tweede termijn gesproken heeft.
Raadslid Valk zegt, dat hij er geen behoefte aan heeft om toegesproken
te worden op de wijze, zoals de voorzitter meende dat te moeten doen.
Zijn fractie is er voorstander van om het bedrijf, waar het hier om
gaat, ruimte te geven. Zij blijft echter van mening, dat het bezwaar
schrift in de commissievergadering niet behandeld is. Hij heeft in die
vergadering, die hij als toehoorder heeft bijgewoond, de voorzitter
niet meer en niet minder horen zeggen, dan dat er een bezwaarschrift
zou zijn. Verder is er niet over gesproken. Daarom adviseert hij om dit
agendapunt een maand te verschuiven. Dan heeft iedereen de tijd om over
een en ander eens rustig na te denken. Spreker realiseert zich daarbij,
dat dit uitstel voor het bedrijf niet aangenaam is.
Wethouder Vossenaar-Blokdijk zegt in haar antwoord, dat zij in de com
missievergadering melding heeft gemaakt van het feit, dat er een be
zwaarschrift binnengekomen was. Zij heeft daarbij gezegd, dat het niet
in overwegende mate afweek van de opmerkingen, die schriftelijk gemaakt
waren in de termijn van tervisielegging naar aanleiding van het be
leidsvoornemen. Dat was een samenvatting van het bezwaarschrift, dat
zij eerst kort tevoren onder ogen gekregen had. Het verbaast haar, dat
men blijkbaar in het antwoord, dat deel uitmaakt van het ontwerp-raads-
besluit, geen mogelijkheden of aanknopingspunten ziet om daar nu over