-7-
Raadslid van de Kreeke zegt het prima te vinden, dat er gekozen is voor
de autonomie van de gemeenten, voor een bescheiden coördinatie door het
Stadsgewest, en voor een soort groeimodel, waarmee hij bedoelt te zeggen,
dat er nog geen definitieve structuur ten aanzien van de samenwerking
aanwezig is, en dat de centrum-gemeenten een soort ad-hoc-ondersteuning
dienen te gaan geven. Burgemeester en Wethouders nu vragen een uitzon
dering te maken voor de Hinderwet-taken.
Zijn fractie kan daarmee instemmen, omdat zij denkt, dat de hier achter
liggende gedachte deze is, dat er in deze gemeente voldoende kennis aan
wezig is van de hinderwetproblematiek.
Wie bepaalt, wanneer er een beroep gedaan wordt op steun van de centrum
gemeente? Wordt er verwacht, dat er regelmatig steun gevraagd zal gaan
worden?
Raadslid Valk zegt, dat zijn fractie de milieutechnische samenwerking een
goede zaak vindt. Op dit gebied heeft onze gemeente toch wel enigszins de
toon aangegeven. Hij hoopt, dat dit bestendigd zal worden en dat er in de
toekomst een goede samenwerking zal ontstaan.
Raadslid de Lange zegt, dat zijn fractie van harte met dit voorstel kan
instemmen.
Wethouder Vossenaar-Blokdijk zegt in haar antwoord aan de heer van de
Kreeke, dat het college bepaalt, wanneer er een beroep op steun van de
centrum-gemeente gedaan zal worden. Zij verwacht niet, dat dit vaak zal
gebeuren. Zij dankt de heren Valk en de Lange voor hun support.
Raadslid van de Kreeke vraagt of akoustische onderzoeken en bodemonder
zoeken toch al door een centrum-gemeente werden verricht of gebeurde dat
door een particulier bureau?
En gaat dat nu wellicht veranderen?
Wethouder Vossenaar-Blokdijk zegt, dat daarvoor deels aansluiting gezocht
werd bij Bouwtoezicht West-Brabant, een organisatie, die niet meer be
staat, en deels werden particuliere bureaus ingeschakeld. Dat gaat nu
veranderen.
Raadslid van de Kreeke neemt aan, dat de particuliere bureaus nu gaan
verdwijnen. Het zal financieel best interessant zijn om in het vervolg de
centrum-gemeente in te schakelen.
Zal het in de toekomst zó gaan gebeuren?
De voorzitter antwoordt hierop, dat het college zich daarop nog niet be
zonnen heeft. In deze richting kan er dus nu geen toezegging gedaan
worden.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders.