laatste fase, die nu wordt voorgesteld, kan helaas niet iedereen tevre
den worden gesteld, gelezen de brief, die op het allerlaatst nog binnen
kwam. Spreker pleit voor het herplanten van zoveel mogelijk bomen, want
het kappen van de bomen vormt voor velen een groot bezwaar, alsmede de
aanliggende fietspaden en de ligging van de trottoirs.
Aangezien het kruispunt Oosterhoutseweg-Nieuwe Kadijk een aanzienlijke
verbetering voor het verkeer betekent, is de gemeente eigenlijk wel ver
plicht ook voor verbetering van het zuidelijk gedeelte van de Ooster-
houtseweg zorg te dragen.
Raadslid De Lange wil graag vernemen, of de in de ingekomen brief ge
noemde bezwaren wel of niet gegrond zijn, alvorens hij zijn mening gaat
vormen over het voorstel.
Raadslid Joosen is zeer verbaasd over de brief van de omwonenden aan de
Oosterhoutseweg, aangezien hem in de commissievergadering was gebleken,
dat de enkele aanpassingen in de uitvoeringssfeer tot ieder's voldoening
waren uitgevoerd en er weinig of geen weerstand was tegen dit plan. Be
langhebbenden schenen nagenoeg unaniem akkoord met vervanging van de be
planting. Hij heeft twee kanttekeningen bij de ingekomen brief. De tijd,
dat kinderen onbekommerd op het trottoir konden spelen, is helaas al
lang voorbij; j.n gezamenlijk overleg moet voor het wassen en stofzuigen
van auto's een oplossing te vinden zijn.
Spreker hoopt dat in goed samenspel met iedereen een goed veiligheids
plan voor de Oosterhoutseweg kan worden gerealiseerd.
Raadslid Van de Kreeke wil zijn overpeinzingen over dit voorstel ditmaal
in de vorm van een sprookje aan de raad voorlezen, verteld door een Tete
ringse moeder aan haar kind. Er was eens een groot dorp, Teteringen ge
heten, dat vanuit de grote stad makkelijk te vinden was via een grote
weg, omzoomd door mooie, oude bomen.
Toen kwamen er mensen met sterke plannen: de weg moest veiliger worden,
dus de oude bomen moesten weg. Maar volgens deze mensen waren jonge
boompjes ook niet lelijk. Omdat op de weg naar het dorp toe de bomen wél
bleven staan, kon men gelukkig toch nog de weg naar het dorp blijven
vinden vanuit de grote stad. Op een dag echter kwam er een heel stout
mens met veel invloed, die ook al deze bomen langs die weg (wel Al
stuks) wilde laten weghalen. Daarvoor in de plaats moest een fietspad
komen. De stoute mens had aan één kant gelijk, de fietsers moeten veilig
kunnen rijden. Hij kreeg er zo'n schik in om bomen weg te halen, dat hij
besloot om alle oude bomen te laten kappen, want hij vond, dat alleen