-10-
bomen het loodje gelegd. Het vervangen van al deze bomen zal in de na
bije toekomst nog al wat werk meebrengen en dat wil het college met dit
nieuwe voorstel voorkomen.
Raadslid Van de Kreeke interrumpeert en zegt, dat men de twee gedeelten
van de Oosterhoutseweg niet met elkaar kan vergelijken. Aan het deel van
de Oosterhoutseweg tussen Hoolstraat en Poststraat stonden relatief
weinig oude eiken in vergelijking met de jonge aanplant. In de tweede
termijn heeft hij gezegd, dat er aan de oostzijde, het gedeelte waar nu
de bomen weg moeten, een andere situatie is. Daar staan nl. vele eiken
en daar moet zo nu en dan een jonge boom tussen gezet worden. Dat is dus
omgekeerd aan wat de wethouder nu heeft gezegd.
Wethouder Verstegen vervolgt en zegt, dat er in het rapport van Staats
bosbeheer aan de oostzijde 11 bomen staan aangemerkt, die goed te hand
haven zijn. De andere 10 bomen (rood ingekleurd) zullen dus binnen vrij
korte tijd het loodje leggen.
Raadslid Van de Kreeke zegt bij interruptie, dat hij steeds heeft ge
sproken over de bomen, die volgens Staatsbosbeheer nog zeker 20 of meer
jaren mee kunnen onder de huidige omstandigheden. Deze bomen staan in
het rapport rood aangemerkt en zijn volgens Staatsbosbeheer bomen, die
"ogenschijnlijk voldoende vitaal zijn en misschien binnen 20 jaar en
onder de huidige omstandigheden zullen sterven." Als er goede maatrege
len worden getroffen, zal deze termijn, zeker bij verbeterde omstandig
heden, veel langer kunnen worden.
Wethouder Verstegen zegt hierop, dat men over deze zaak nog lang kan re
detwisten, maar dat de tekening in ieder geval aangeeft, dat meer dan de
helft van de bomen eigenlijk weinig levenskansen heeft.
Raadslid Van de Kreeke komt terug op wat hij zojuist letterlijk uit het
rapport heeft voorgelezen. Volgens hem past dit precies bij wat hij
heeft gezegd, daarin wordt ook een termijn van 20 jaar genoemd.
Wethouder Verstegen zegt vervolgens, dat tijdens het gesprek met de be
woners het plan tot het kappen van de bomen ook aan hen is voorgelegd.
Unaniem zeiden de nog aanwezigen blij te zijn als de bomen aan de oost
zijde zouden worden vervangen door nieuwe, gezien de slechte staat van
de oude bomen en de overlast die men daarvan ondervond.
Raadslid Van de Kreeke zegt, dat hij over het rapport van deskundigen
spreekt en niet over de verlangens van aanwonenden. Daarin zit een we
zenlijk verschil.