GEMEENTE TETERINGEN
-18-
VERSLAG van het vragenhalfuur, gehouden na de openbare raadsvergadering
van 27 oktober 1988
Mevrouw Van Elewout zegt, dat de eikebomen, die de gemeente wil weghalen,
daar al zestig jaar staan en wel honderdvijftig jaar kunnen worden. Zij
heeft gehoord, dat het grondwater bij haar in de buurt vuil is; de lucht
is verontreinigd, haar echtgenoot bespuit de groenten uit hun tuin met
grondwater en nu worden de enige gezonde bomen, die er nog staan, geveld.
Naar haar mening is het verleggen van het fietspad veel veiliger dan het
geen de gemeente van plan is. Maar ja, zij is alleen maar een inwoonster
van Teteringen, die belastingen betaalt en verder niets heeft in te bren
gen.
De burgemeester reageert eerst op de laatste opmerking. In een democratie
als de Teteringse worden de beslissingen over wat er moet gebeuren geno
men door de raad; de burgers kiezen de raad en alle personen, die aan de
raadstafel zitten, zijn inwoners van Teteringen en belastingbetalers.
Mevrouw Van Elewout haalt een gedeelte aan uit het betoog van raadslid
Van Hooydonk-Rijken, die gezegd heeft, dat zij misschien wat al te vroeg
over de kwestie Vugtpolder begon, maar dit deed, omdat anders later ge
zegd kon worden, dat de plannen al waren goedgekeurd, voordat de burgers
er kennis van hadden kunnen nemen. En zoiets gebeurt nu ook met de recon
structie van de Oosterhoutseweg. De hele buurt is er unaniem tegen ge
weest en toch wordt het plan uitgevoerd. De burgers kunnen alleen nog
maar ja knikken. Dat vindt zij iets ongelooflijks in een vrij land.
De heer Van de Kreeke onderbreekt en zegt, dat alle bewoners vóór het
weghalen van de bomen waren.
Mevrouw Van Elewout ontkent dit ten stelligste. Zij heeft op de informa
tie-avond aan de heren Verstegen en Snijers gevraagd, of de bomen toch in
ieder geval konden blijven staan, omdat dat nog het enige gezonde stuk
weg was. Aan de redenering van het college, dat over 15 of 20 jaar de
jonge bomen prachtig zullen zijn, heeft zij nu natuurlijk niets. Zij
vraagt het gemeentebestuur toch de bomen te laten staan.
De burgemeester constateert, dat mevrouw Van Elewout bezwaar heeft tegen
het weghalen van de bomen, hetgeen zij op de vergadering met de bewoners
ook reeds had laten blijken. Maar de andere aanwezigen hadden weinig be
zwaren. Die lagen op andere terreinen, die ook genoemd zijn in de brief,
die het college heeft ontvangen. Aan het plan dat vanavond is aangenomen,
kan niemand meer iets veranderen.
Een van de aanwezigen zegt, dat er door wethouder Verstegen een verkeerde
interpretatie is gegeven aan de kwestie van het kappen van de bomen. In
het begin van de avond was men er nog sterk tegen, maar later is er ge
steld: de bomen mogen weg, als het fietspad blijft liggen waar het ligt.
Dus is er informatie onttrokken. Spreker is het volkomen eens met raads
lid Van de Kreeke, die het plan voor de P.v.d.A. onaanvaardbaar achtte.
Dat raadslid Joosen heeft gezegd: wie laat er zijn kinderen nu op het
trottoir spelen, vindt hij dom. Als een kindje van 4 jaar van Sinterklaas
een poppenwagentje heeft gehad, wil het daarmee spelen, loopt op het trot
toir en dan ongemerkt op het fietspad; er komt een brommer aan, die slipt
en met het kindje is het gebeurd. En dan kunnen de ouders, evenals in het
P.v.d.A.-sprookje, zeggen: er was met Sint Nicolaas eens een kindje... De
bewoners hebben meer pijlen op hun boog. Spreker ontkent, dat er nu niets
meer aan te doen is.