singen en gevoerd beleid. Zijn fractie vindt, dat het college regelmatig in strijd heeft gehandeld met artikel 129 van de gemeentewet. Dit betreurt hij temeer, omdat dit steeds in een openbare raadsvergadering richting PvdA is geschied. Zijn woorden lijkn misschien wat zwaar, maar in deze laatste raadsvergadering van het decennium wil hij dit toch nog eens op tafel leggen. Iedere wethouder kan persoonlijk ter verantwoording worden geroepen en de zienswijze van het college is fout, als men zegt, dat slechts het college als geheel ter verantwoording kan worden geroepen voor door het college gevoerd bestuur. Tenslotte is de raad hoofd van de gemeen te en de raad kan zelfs een wethouder naar huis sturen. Nogmaals verzoekt hij om de visie van het college hierop. De brief van het college van 15 december is voor zijn fractie een nog zwaar der wegend punt. De brief is zeer slecht gevallen. Vroeger werd voor de algemene beschouwingen helemaal niets ingezonden; langzamerhand is erin gekomen, dat ze één dag tevoren werden ingediend, toen twee dagen, en de laatste jaren is dit al een week geworden. Nog nooit hebben de fracties precies op tijd de algemene beschouwingen kunnen indienen en daarom moet het college niet precies op de dag, dat de beschouwingen binnen moeten zijn, de ambtenaren stand-by houden. In de brief werd gesuggereerd, dat hij niet aan het verzoek wilde voldoen om de algemene beschouwingen op tijd in te leveren, terwijl er keihard aan gewerkt is, er dinsdag nog veranderingen in moesten worden aangebracht en de a.b. reeds op woensdagmorgen bij het college werden ingeleverd. De toonzetting van deze brief was niet fraai en met een vingertje naar de PvdA gericht. Daarom legt zijn fractie deze brief naast zich neer. Jammer alleen, dat nu aan het eind van dit decennium door het college nog een brief wordt verstuurd, waarin wordt gezegd: och, wat is de ene fractie toch goed en de andere toch slecht, want ze willen zelfs niet doen wat we vragen! Het college moet ervan uitgaan, dat zijn fractie haar best heeft gedaan om de algemene beschouwingen zo snel mogelijk in te dienen en dat men het college er natuurlijk niet dagelijks van op de hoog te kan houden, of dat nu dinsdags of woensdags zal lukken. Het college moet zijn beleid erop richten, dat er enige dagen speling worden gehouden met betrekking tot het stand-by houden van de medewerkers. Afsluitend wil hij daarom aan het college vragen om de strekking van deze brief terug te nemen. Ook raadslid Prince komt op deze kwestie terug. Door pure overmacht heeft zijn fractie de algemene beschouwingen een dag te laat ingediend. Hij vraagt zich af, of na een maand deze vermanende brief nog moest worden verstuurd. Wat denkt het college hiermee te bereiken? Zoiets doet meer slecht dan goed. De bereidwilligheid van de raad, inclusief de fractievoor zitters, is toch altijd duidelijk aanwezig, getuige de ingelaste commissie- en raadsvergaderingen in de vorige maand, waarmee iedereen direct akkoord ging. Door zo'n brief zal deze bereidwilligheid alleen maar afnemen. Als de raad nu ook eens de tekortkomingen van het college met een vermanende brief zou gaan beantwoorden? Dat is niet de manier, waarop zijn fractie wil werken. De Kerstgedachte heeft beslist niet ten grondslag gelegen aan deze brief. De voorzitter wil in zijn antwoord met de zwaarste zaak beginnen. Voor hem is dat de opmerking van raadslid Van de Kreeke betreffende artikel 129 van de gemeentewet. Dat het hanteren van dit artikel alleen maar in de richting van de Partij van de Arbeid geschiedt, is beslist niet waar. Regelmatig maakt spreker opmerkingen in die richting aan alle raadsleden, wanneer hij meent, dat het persoonlijk gaat worden. In artikel 129 staat: de leden van het collge van burgemeester en wethouders zijn tezamen en ieder afzonder lijk verantwoording schuldig aan de raad van het door het college gevoerde bestuur. Bij herhaling zegt hij dus: het is geen beleid van een individue le wethouder, maar het college voert het beleid. Bij de burgemeester ligt dat anders, die heeft eigen verantwoordelijkheden. Zo interpreteert hij -23-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 23