6. Voorstel inzake te volgen werkwijze toepassing artikel 19, derde lid, van
de Wet op de Ruimtelijke Ordening
Raadslid De Lange vraagt het college om nog eens goed aan de raad uit te
leggen, waarom dit voorstel nu pas wordt gedaan.
Raadslid Brounts vindt het heel belangrijk dat, bij kennisgeving aan de
raad van toepassing van artikel 19 door het college, heel duidelijke toe
lichting wordt gegeven, zodat alle raadsleden goed weten over welke zaak
het gaat en niet iedere keer om uitleg naar het gemeentehuis behoeven te
komen. Kleinere fracties zouden daarnaast in het nadeel kunnen zijn, wan
neer het hun niet lukt om aan drie mensen te komen, die de raad bij elkaar
zouden willen roepen.
Raadslid Van Hooydonk-Rijken meent, dat het college er ruimschoots de tijd
voor heeft genomen om een goed voorstel aan de raad voor te leggen. Het
vloeit namelijk voort uit een wet, die sinds 1 juli 1986 al van kracht is.
Het college heeft de te volgen werkwijze ook duidelijk omschreven: de raad
zal, zolang een bestemmingsplan of een herziening daarvan nog niet is vast
gesteld, van elk verzoek om vrijstelling ingevolge art. 19 op de hoogte
worden gesteld. In de praktijk zal de raad van zijn bevoegdheid om beslis
singen naar zich toe te trekken weinig gebruik behoeven te maken. Een voor
deel is wel, dat de raad van actuele zaken op de hoogte is en niet voor
voldongen feiten geplaatst wordt bij herziening van een bestemmingsplan. De
Dorpsgemeenschap stemt derhalve in met het voorstel.
Wethouder Vossenaar-Blokdijk legt uit, waarom dit voorstel na zo lange tijd
pas is voorgelegd. Nadat het destijds op andere wijze aan de raad was voor
gelegd, heeft het college eerst eens de jurisprudentie afgewacht. Pas toen
men zeker was, dat een volkomen sluitend voorstel op tafel zou kunnen komen,
meende men dit verder met de raad te kunnen bespreken. Vele gemeenten heb
ben met dit gegeven geworsteld, getuige de vele artikelen, die hierover
zijn geschreven. Het gemeentebestuur kan met het voorliggende voorstel uit
stekend uit de voeten, meent zij. Vanzelfsprekend zal de toelichting duide
lijk moeten zijn, maar de raadsleden zullen zeker niet hele pakken met stuk
ken toegezonden krijgen. Alleen wanneer de raad besluit om over een en ander
te spreken zal er meer uitgebreide toelichting worden gegeven. In elk geval
zal uit de informatie altijd duidelijk worden om welk geval het gaat en wat
daarbij de meest relevante zaken zijn. De rest zal in eerste instantie toch
ter secretarie liggen.
Het bijeenroepen van een aantal raadsleden zal zeker niet fractie-gebonden
zijn. De zaken, die daarin aan de orde komen, zijn nauwelijks politiek.
Verschillende fracties zouden elkaar daarin kunnen vinden, denkt zij. In de
toekomst zullen er toch ook niet allemaal fracties van drie personen komen.
De betrokkenheid van de raad bij het dagelijkse ruimtelijke-ordening-beleid
zal door dit voorstel zeker groter worden. Sommige zaken blijven toch vaak
lang liggen, voordat ze in een herziening van een bestemmingsplan worden
verwerkt en dan is men het zicht daarop soms al lang kwijt, wanneer men er
niet met de neus op gedrukt wordt.
Alle zaken, die al in procedure waren bij het ingaan van de nieuwe regeling
per 1 januari 1990, worden nog op de oude wijze afgewerkt, anders zou dat
onnodig oponthoud veroorzaken. Een uitzondering moet echter worden gemaakt
voor de wijziging, die door Shell is aangevraagd, omdat die al een keer in
de raad aan de orde is geweest. Hiervoor zou het college toch de nieuwe
werkwijze willen voorstellen. Alle andere aanvragen, die na 1 januari 1990
zijn ingediend, komen dus op de nieuwe wijze in procedure.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
-5-