heeft betaald, nu óók moet meebetalen aan de rioleringskosten voor het
Cadettenkamp. Die solidariteit wordt van die mensen gevraagd. En hij daagt
iedereen uit, om dit tegen te spreken. Daar is geen woord tussen te
krijgen. En volkomen onbegrijpelijk is voor hem, dat de Dorpsgemeenschap
zich zorgen maakt over de investeringen, die de mensen aan het Cadetten-
kamp moeten plegen. Alle kopers en ook alle huurders moeten betalen, en de
Dorpsgemeenschap heeft zorg voor de 7 of 10 mensen van het Cadettenkamp.
Dat gaat zijn petje te boven.
Het CDA vindt rioolvoorziening heel normaal en daarmee is hij het eens.
Laat dat maar uit de reserve komen en laat het maar niet terugbetalen via
de baatbelasting 450,per jaar gedurende 30 jaar), zegt het CDA. Dat
zou voor die mensen zo erg zijn! Als het uit de reserves wordt betaald,
moeten alle inwoners van Teteringen er weer voor opdraaien.
Raadslid Adriaansen interrumpeert. Het gaat er niet om om het voor de
belangen van de bewoners op te nemen. Het gaat erom, dat zo'n voorziening
een gewone, normale zaak is, voor iedereen in Teteringen. Inderdaad wordt
dit in het nieuwe bestemmingsplan in de kostprijs berekend, maar hier gaat
het om een uitzonderingssituatie. Als men de bewoners de keus zou laten om
wél of niet aan te sluiten, dan zou de gemeente het milieu-aspect niet
goed ter harte nemen. Om voor dit laatste stukje van 45.000,in
discussie te gaan, vindt hij kinderachtig. Als men spreekt over: gelijke
monniken, gelijke kappen, dan moet men die voorziening daar treffen.
Raadslid Van Casteren lijkt het toe, dat het leggen van riolering een
basisvoorziening is en dat voor het voeren van inkomenspolitiek andere
middelen bruikbaar zijn.
Raadslid Van de Kreeke is het met beide sprekers volkomen eens. Maar wie
betaalt nu voor die basisvoorziening? Iedereen, die een huurhuis heeft of
grond in Teteringen koopt. In de tijd, dat het Cadettenkamp tot ontwikke
ling kwam, werd er elders in het dorp óók grond verkocht, en daarin zat
wel degelijk de totale aanleg van riolering berekend. Echter niet voor de
bewoners van het Cadettenkamp, die buiten de bebouwde kom, in het bos
wilden wonen. Het gaat hem niet om riante landhuizen en grote stukken bos,
maar om het principe. Iedereen moet riolering hebben, dat is een basisvoor
ziening, maar wanneer men voor buiten wonen kiest, moet men daarvoor nu
eenmaal wat meer betalen. Maar hij wil zijn betoog nu niet verder voeren.
De voorzitter wilde raadslid Van de Kreeke er net op wijzen, dat deze
buiten de orde is. De wijze van financiering zal, zoals hij al eerder
aangaf, in een later stadium worden besproken. Hij heeft de raadsleden uit
laten praten, ook al was dit niet aan de orde. Maar de hele discussie
hierover is eigenlijk zinloos in dit stadium.
Raadslid Van de Kreeke meent, dat de voorzitter hem niet goed heeft
begrepen. Hij is zeker niet vóór een baatbelasting en ook niet voor
aanwending van de algemene reserve: hij is tegen het hele voorstel, zoals
dit er ligt. Hij is ervoor, dat deze bewoners zorgen, dat er goede tanks
liggen, zonder dat het milieu belast wordt (een agrariër, die het milieu
belast, krijgt immers ook meteen de politie op zijn dak) en hij raadt hen
aan, om riolering te laten leggen en daarvoor 4.500,te betalen per
aansluiting.
Raadslid Van Hooijdonk-Rij ken reageert. Het hele buitengebied is toch
aangesloten op de riolering; daar wordt toch óók niet over de grondprijs
gesproken? Waarom dit laatste stukje nu niet meegenomen? Ook moeten
degenen, die binnen 40 meter van de aansluiting liggen, in 1994 hun septic
tank uit de grond gehaald hebben.
-11-
