zijn, als er voor het jaar 1991 maatregelen op het programma konden worden
genomen, anders komt de behandeling van het plan weer na de behandeling
van de begroting. Het organisatieschema zou, wat hem betreft, best na die
tijd op tafel kunnen komen. Eerst zou hij graag in de commissie het
groenbeheer willen bespreken, de organisatie komt dan later wel.
Het hondenoverlastvraagstuk mag eveneens zo gauw mogelijk in de commissie
worden behandeld, zo meent hij. Het is een ingewikkeld en veelomvattend
probleem. De voorstellen behoeven echt niet afgerond en panklaar te zijn.
De voorzitter weet, dat er in de begroting een aantal zaken wordt genoemd
betreffende het groenplan en de financiering daarvan, zodat deze al in de
algemene beschouwingen kunnen worden betrokken. Verder kan hij hierover nu
niets zeggen.
Ook wat het hondenoverlastprobleem betreft moet spreker op de vlakte
blijven, maar het college doet zijn best.
De voorzitter sluit de vergadering met het uitspreken van het sluitings
gebed.
Sluiting.
Opgemaakt en vastgesteld op
27 september 1990.
voorzitter.
-16-