zo'n project gehonoreerd en daardoor bleven er maar heel weinig woningen
over. Vervolgens kregen dan plannen voorrang, die concreet en hard waren,
gerelateerd aan planopzet en goedgekeurd bestemmingsplan. Dan kan men wel
op zijn klompen aanvoelen, dat er voor Teteringen niets meer overschoot.
Conclusie: er zijn gemeenten, die nogal wat meer krijgen dan het contin
gent dat bedoeld werd, ze mogen die in 1991 bouwen, maar krijgen dan in
1992 niets. Gemeenten, die hierdoor in 1991 geen woningen krijgen toegewe
zen, mogen die dan meenemen naar het contingent 1991. Voordeel hiervan is,
dat er met het maken van plannen niet gewacht behoeft te worden totdat het
contingent is toegewezen. Zodra in 1991 het toedelingsplan bekend is, kan
de gemeente meteen een beschikking van de provincie aanvragen en in het
vroege voorjaar van 1992 beginnen aan de bouw van de beide contingenten.
Het college had de bedoeling om dit alles te bespreken in de eerstvolgende
vergadering van de commissie Grondgebied. Door de informatie vanuit het
Stadsgewest zijn in de raad evenwel vragen gerezen, waardoor de gegeven
toelichting nodig werd. Uiteraard blijft dit punt op de agenda van de com
missie Grondgebied staan, zo antwoordt spreker op een desbetreffende vraag
van raadslid Van de Kreeke.
Raadslid Van Hooydonk-Rijken meent in tweede termijn dat het ophalen van
landbouwplastic toch aan een vergunningstelsel gebonden is. Niemand mag
dit toch zomaar meenemen? Natuurlijk kan de gemeente niet als waakhond op
de loer gaan liggen en zij wil hiermee dus niet zeggen, dat het college
hier te kort zou schieten. Men laat de vuile stukken plastic liggen en
pikt de goede stukken mee.
De voorzitter kan zich niet voorstellen, wat iemand hiermee nog zou willen
Bovendien kan haast niet worden voorkomen, dat iemand in het donker dit
plastic weghaalt en hij maakt zich evenals raadslid Van Casteren zorgen
over de bestemming van dit weggehaalde afval. Maar hij zegt toe hier alert
op te blijven.
Sluiting.
De voorzitter sluit de vergadering, na het uiten van goede wensen voor
Kerstmis en Nieuwjaar, met het uitspreken van het sluitingsgebed.
Opgemaakt en vastgesteld, 31 januari 1991.
Secretaris, Voorzitter,
-35-