CDA heeft daarin alle vertrouwen. Hij hoopt, dat het Webbestuur het gemeen schapshuis als ontmoetingspunt van de inwoners zal blijven stimuleren. Wethouder Prince antwoordt, dat in de commissies al duidelijk is aangege ven waarom het college thans de overlegstructuur wil veranderen. De voor naamste reden is, dat er nu sprake is van budgetfinanciering. Er komt een grotere verantwoordelijkheid te liggen bij het bestuur van 't Web. Spreker sluit zich geheel aan bij de woorden, die het CDA tot het Webbestuur heeft gericht. Hierna worden de mededelingen voor kennisgeving aangenomen. 5. Informatie vanuit het Stadsgewest Raadslid Van Casteren vraagt naar het standpunt van het college betreffen de de integratie van de brandweer in het Stadsgewest. Voorts verneemt hij graag, waarom de gemeente Breda thans in stadsgewestelijk verband een ex periment gaat uitvoeren met gescheiden ophalen van huisvuil. Er is steeds tegen de raad gezegd, dat hieraan onoverkomelijke problemen vastzitten met betrekking tot de compostering. Gaat Breda nu met de eer strijken en draai en dan de andere gemeenten voor de kosten op? Komen de gelden voor dit ex periment dan ook uit het Stadsgewest? Raadslid Adriaansen merkt m.b.t. punt 8 op, dat uit het rapport-Twijnstra over de voortgang van het Regionaal Milieu uitvoeringsprogramma blijkt, dat het binnen het Stadsgewest nu niet direct goed ligt met de milieuzorg. Vele gemeenten hebben achterstand opgelopen inzake de voor 1994 gemaakte afspraken. Hoe pakt het resultaat voor Teteringen in dit opzicht uit? De voorzitter kan de vraag betreffende de brandweer niet beantwoorden, om dat hier de integratie van de Bredase brandweer in het Stadsgewest wordt bedoeld. Raadslid Van Casteren heeft gemeend uit de tekst op te maken, dat ook bij de brandweer van de omliggende gemeenten integratie tot stand kan worden gebracht. De voorzitter antwoordt, dat dit een reeds lang lopend proces is. Breda heeft een beroepsbrandweer en de andere gemeenten in hoofdzaak een vrijwil lige brandweer, waar soms wel eens wat officieren beroepsmatig bij lopen. Nu is de bedoeling dat in het kader van de hele rampenbestrijdingsorgani satie die zaken veel meer op elkaar worden afgestemd en geïntegreerd. Pelo tons uit alle gemeenten van het Stadsgewest moeten dan ingezet kunnen wor den bij grootschalige rampen, zoals vorig jaar bijvoorbeeld is gebeurd bij de grote brand op Moerdijk, waar ook het Teteringse corps is opgeroepen. In het voorliggende stuk is echter sprake van integratie van de staf van de stadsgewestelijke brandweer met die van de stad Breda. Ook deze zaak sleept al jaren. In 1982 is er al een principebesluit ter zake genomen en nu pas wordt dit besluit geëffectueerd. Wethouder Verstegen merkt op, dat het proefproject gescheiden ophaal van g.f.t. onderwerp van gesprek is geweest tijdens het portefeuillehouders- overleg-Afval. Daar zijn eveneens nogal wat kritische vragen gesteld. Heel nadrukkelijk is toen tot uiting gekomen, dat deze proef zich duidelijk onderscheidt van alle proeven uit het verleden, aangezien in het beoogde project nogal wat hoogbouw zit, wat duidelijk andere problemen met zich brengt. De gemeente Etten-Leur heeft destijds ook een proefproject aange vraagd, wat echter geweigerd is. Later is in de bestuurscommissie Afval (onder leiding van de toenmalige wethouder, mevrouw Vossenaar-Blokdijk) besloten om mogelijkheden te onderzoeken voor projecten, waarin hoogbouw voorkomt. De gemeente Breda heeft zich hiervoor aangemeld en de proef be vindt zich in de uitvoeringsfase. Een groot deel van de proef wordt door Breda bekostigd en de rest door het Stadsgewest. De gemeente Breda gaat dus niet met de eer strijken terwijl het Stadsgewest zou moeten betalen. Op termijn zullen uit deze proef de vruchten kunnen worden geplukt. Speci fieke hoogbouwproblemen zijn tot dusver totaal niet bekend en de gemeenten -4-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 4