-19-
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
Voorstel inzake behandeling van de schets op hoofdlijnen van het provincia
le beleid gemeentelijke herindeling (Contourennota)
Raadslid Braat spreekt allereerst zijn verwondering uit over het feit, dat
het voorliggende voorstel niet is begeleid door een visie van het college.
Wat is daarvan de oorzaak?
Gemeentelijke herindeling is niets nieuws. Sinds 1960 is het aantal gemeen
ten in Nederland gedaald van 990 naar 647, een vermindering van 34%. Gede
puteerde Staten stellen nu in hun Contourennota: 'het is voor het functio
neren van de gemeenten in Noord-Brabant van het grootste belang om gelijke
tred te houden met de aanmerkelijke schaalvergroting van het lokale bestuur
in Nederland'. Is hiermee nu klip en klaar aangeduid, dat er zonder gemeen
telijke herindeling niet meer te leven valt? De VVD denkt van niet. Uiter
aard is het redelijk delicaat om dit probleem vanuit een politieke stelling-
name te benaderen, maar daaraan is toch nauwelijks te ontkomen. Aan de CDA-
gedeputeerde Sonneveld, verantwoordelijk voor Ruimtelijke Ordening, kan in
ieder geval niet wordne verweten dat hij onduidelijk is. In tegendeel: deze
dynamische persoonlijkheid laat geen gelegenheid onbenut om zijn opvattin
gen m.b.t. gemeentelijke herindeling te ventileren. 'Grote, krachtige ver
banden, grote gemeenten zijn in de toekomst hard nodig voor een efficiënt
en krachtig bestuur. Of een gemeenschap al dan niet functioneert heeft
niets met de omvang van een gemeente te maken. "Small is beautiful" is een
begrip voor geëmotioneerde, angstige burgers, die niets begrijpen van inter
nationale ontwikkelingen. Angst van wethouders en raadsleden voor het eigen
hachje', ziedaar een aantal opvattingen, die de heer Sonneveld de laatste
jaren naar buiten heeft gebracht. Men hoeft werkelijk niet intensief met
politiek bezig te zijn om vast te stellen, dat deze gedeputeerde door zijn
eigen achterban in Brabant zacht gezegd met grote zorg wordt gevolgd. Het
moet buitengewoon moeilijk zijn voor het CDA om haar kiezers uit te leggen
waarom juist haar voorman het nodig vindt om de achterstand van Brabant
m.b.t. dit punt op de kortst mogelijke termijn weg te werken. Zijn fractie
heeft in Teteringen vanuit het CDA geen waardering kunnen bespeuren voor
dit voornemen. Wordt het standpunt van de gemeentelijke herindeling in Bra
bant nu breed gedragen door deze CDA-bestuurderenof is hier sprake van de
gedrevenheid van een toevallige gedeputeerde, die toevallig lid is van het
CDA? In het eerste geval zou er sprake zijn van een beleidsomslag bij het
CDA, dat toch decennia lang geen stimulator is geweest van gemeentelijke
herindeling in het Brabantse land.
Op pagina 3 van de nota staat: 'Uit principiële en pragmatische overwegin
gen geven wij voorkeur aan gemeentelijke herindeling boven nieuwe bestuurs-
constructieswaarvan onzeker is of zij in de praktijk ook het effect zul
len opleveren, wat daarvan wordt verwacht'.
Het had maar een haartje gescheeld of de raad had het rapport-Konijnenbelt
vandaag ook nog moeten behandelen. De regioraad wordt concreet in dit rap
port neergezet, kortom, wat moet men nu met het eerdergenoemde citaat? An
ders gezegd, waarom heeft er geen betere afstemming plaatsgehad tussen de
provincie en de grote steden, sterker nog: waarom is de competitie tussen
die beiden zo verhevigd? Door deze gang van zaken is het positioneren van
de kleinere gemeenten bijzonder gecompliceerd geworden. Alle inventiviteit
en energie zal moeten worden aangewend om erger te voorkomen. Deze proble
matiek spitst zich toe in de definitie van de streek- c.q. centrumfunctie:
'Bij het behartigen van primaire, stedelijke functies behoort het bestuur
niet voortdurend te worden geconfronteerd met verbrokkelde bevoegdheden
over verscheidene autonomen gemeenten, die uiteraard allereerst hun eigen
lokale belangen hebben te verdedigen'. Men doelt hier dan op ruimte, draag-