-12a-
2. Bezwaarschrift van G.Holst, Oosterhoutseweg 133
Bezwaar wordt gemaakt tegen de planning van bedrijventerrein over zijn
perceel waardoor de vrije doorrit naar de achterzijde van zijn pand wordt
afgesneden. Opgemerkt wordt dat de bestemming van Bedrijfsdoeleinden Bd
inderdaad is gelegd over de vrije doorgang langs het pand Oosterhoutseweg
133 maar dat die doorgang in feite onderdeel uitmaakt van het daarachter
liggende perceel. Tijdens de hoorzitting is dit aan betrokkene
verduidelijkt. Het bezwaarschrift ware ongegrond te verklaren.
3. Bezwaarschrift van Mr.R.P.M.J.Rijppaert, namens P.A.Segeren,
Oosterhoutseweg 135.
Het bezwaarschrift richt zich vooral tegen:
a. uitbreiding van het bedrijventerrein, dat is gelegen in een omgeving die
overwegend een agrarische bestemming heeft en volgens het ontwerp-plan
ook zal behouden;
b. de voorgenomen ontsluiting van het bedrijventerrein. De noodzaak van een
interne ontsluiting naar de Oosterhoutseweg wordt betwist, waarom kan
een ontlasting van de Heistraat niet via de Bolderstraat worden
gerealiseerd;
c. de projectie van de nieuwe ontsluitingsweg rechtstreeks naar de
Oosterhoutseweg zodanig dat het perceel van rekwestrant in tweeën wordt
gedeeld. De ontsluiting van het bedrijventerrein zoals dat is
geprojecteerd zal vanwege de vestiging van bedrijfsgebouwen en de
aanwezigheid van vele zijwegen en uitritten bovendien een gevaarlijke
verkeerssituatie opleveren.
Indien het uitbreiden van het aantal zijwegen/uitritten niet bezwaarlijk
c.q. gevaarlijk wordt geacht, waarom worden de gevestigde bedrijven
Breda Bouw b.v. en Van Ham b.v. dan niet zelf in de gelegenheid gesteld
over eigen terrein - eventueel gezamenlijk - een uitweg te creëren.
De motieven zijn op de gehouden hoorzitting nader verduidelijkt.
Dat leidt ons tot de volgende overwegingen:
Ad a
Visueel leggen de ter plaatse reeds aanwezige bedrijven een duidelijke
claim op de omgeving. Indien voor een goede landschappelijke inpassing
wordt zorggedragen, zoals de aanleg van een beplantingsstrook van
formaat langs de Heistraat en handhaving van het bosje langs de
Oosterhoutseweg, kan de schade voor de omgeving door verdere
bedrijfsontwikkeling worden beperkt. Handhaving van de agrarische
bestemming van het perceel in kwestie is gezien de invloed daarop van de
bestaande bedrijven alsook vanwege het bestaande ruimtebeeld nog weinig
zinvol. Bovendien noopt de behoefte aan grond voor uitbreiding en
nieuwvestiging van specifiek op de gemeente Teteringen gerichte bedrijven
tot het bestemmen van een terrein voor dit doel. Rondom de kern
Teteringen zijn daarvoor geen andere mogelijkheden aanwezig.
Redenen waarom het ontwerpplan thans in een dergelijke
bestemmingswijziging voorziet.
Ad b
De aanleg van een nieuwe ontsluitingsweg vanaf de Oosterhoutseweg kan in
verband worden gebracht met de uitbreiding van het bedrijventerrein ter
plaatse. Maar ook indien er van uitbreiding of nieuwvestiging geen
sprake zou zijn vraagt de ontsluitingsproblematiek om een oplossing.