Raadslid Braat vindt het antwoord van het college even 'wollig' als het voorstel. Misschien kan dit niet anders, maar dan heeft hij weinig aanlei ding om een discussie aan te gaan. Wat zijn nu de verdere concrete stappen? Raadslid Adriaansen vraagt hier ook naar, maar spreker wil in de marge nog even aantekenen, dat de VVD tegen het voorstel is. Raadslid Van de Kreeke is nog niet veel wijzer geworden in eerste termijn. Van de plannen van de staatssecretaris begrijpt hij totaal niets. De Partij van de Arbeid vindt het Stadsgewest, zoals dat momenteel functioneert, zeer log en bureaucratisch, en met een niet-gekozen gewest heeft zijn fractie altijd al de nodige moeite gehad. Wanneer de staatssecretaris nu zegt, dat er eigenlijk een soort stadsgewest-regio moet komen, gekozen door gekozen bestuurders, dan zegt zij eigenlijk hetzelfde wat Konijnenbelt zegt en wat ook de strekking is van regio-besturen, namelijk: laat de regio-besturen maar komen en die kunnen dan 'bemenst' worden door gekozen bestuurders. Dat is dan een beetje beter dan wat nu het Stadsgewest is, maar het is wél een vierde bestuurslaag, waarvan de VVD - volgens spreker terecht - zegt: moet dat nu? De Partij van de Arbeid betwijfelt in hoge mate, of dat wel een verbetering is. Gezien de ontwikkelingen is het college geen voorstander van samenwerking in regionaal verband, althans niet in de vorm zoals Konijnenbelt dat voor stelt. Maar in het voorliggende voorstel vraagt het college aan de raad om de ideeën, neergelegd in het rapport-Konijnenbelt, te onderschrijven. Dus: Konijnenbelt stelt een bepaalde manier van samenwerking voor, het college vraagt de raad om dit idee te onderschrijven en zegt nu in de eerste termijn: niet in de vorm zoals Konijnenbelt dat voorstelt. Wat wil het college nu eigenlijk en waar gaat de raad nu straks ja tegen zeggen? Komt er nu straks in de krant te staan, dat de gemeente ja zegt tegen de ideeën van de commis sie-Konijnenbelt (en bekend is welke ideeën deze commissie heeft) of gaat men ja zeggen tegen een zekere vorm van samenwerking, maar niet zoals de commissie-Konijnenbelt dat voorstelt? Omdat het college dat in eerste ter mijn heeft gezegd, wordt de mist voor spreker nu net zo dik als de A16-mist. Het college verwacht een goede samenwerking met Breda. Hij mag aannemen dat het oogmerk hiervan is om een zekere herindeling te voorkomen. Maar hij denkt, dat dit voor Teteringen een principiële zaak is. Als de gemeente een bepaalde vorm van samenwerking in regionaal verband voorhanden heeft, dan hoopt zij door het afstaan van bevoegdheden aan de Regioraad herindeling te voorkomen. Dat kan een goede gedachte zijn, want dan blijft de gemeente toch datgene doen, wat de kiezers vorig jaar is toegezegd. Hij zegt vervol gens, dat in de Regioraad, waar Teteringen met één stem in voorkomt en dus niet veel te zeggen heeft, straks alleen nog maar gesproken mag worden over lantaarnpalen e.d. Hij heeft het CDA horen zeggen: we hebben nog ruimte voor woningbouw, zelfs voor een golfterrein. Spreker zegt hierover: voor woningbouw heeft Teterin gen nauwelijks ruimte zonder haar identiteit te verliezen - want er is wel gezegd dat er misschien nog plaats is voor 600 woningen, maar de raad heeft ook zijn zorg uitgesproken over de gevolgen die dat voor de Teteringse iden titeit zal hebben - maar de gemeente heeft totaal geen plaats voor een golf terrein. Als particulieren daar plaats voor hebben, is dat weer een andere zaak. De PvdA hoopt overigens, dat het golfterrein er niet komt. Raadslid Adriaansen interrumpeert. Hij meende dat de PvdA het destijds toch in grote lijnen eens was met de Positioneringsnota en het Struktuurplan. Raadslid Van de Kreeke antwoordt, dat men dat wel eens consistent beleid noemt, d.w.z. dat zijn fractie natuurlijk in grote lijnen voor de nota is geweest, maar zich falikant heeft uitgesproken tegen een golfterrein. Raadslid Adriaansen zegt, dat ten aanzien van de woningbouw in elk geval in Teteringen ruimte is, waarbij het behoud van de identiteit van het dorp voor op blijft. Er zijn dus in ieder geval lokaties, waar mettertijd zeven- tot achthonderd woningen kunnen worden gebouwd. In de Positioneringsnota is -12-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 12