geschreven staat vanaf 1 januari 1992 en dat ook het nieuwe computerpro
gramma daarvoor de nodige mogelijkheden geeft, zodat de raad inderdaad kan
rekenen op een goede kredietbewaking.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
8. Voorstel tot het vaststellen van een nieuwe Verordening op de heffing en
de invordering van een belasting op honden
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkom
stig het voorstel van burgemeester en wethouders.
9. Voorstel tot vaststelling van een nieuwe "Verordening onroerend-goedbelas
tingen"
Raadslid Van Casteren heeft gemerkt dat een aantal burgers niet meer goed
weet hoe de onroerend-goedbelasting indertijd tot stand is gekomen, name
lijk in plaats van een aantal belastingen zoals straat-, grond- en perso
nele belasting (heffing rioolrecht hoorde daar niet bij). Het lijkt hem
goed om daarover nog eens in Aller-Lei informatie te geven; dat voorkomt
waarschijnlijk veel misverstanden.
Raadslid Van de Kreeke wil graag even spreken over het kwijtscheldingsbe-
leid bij deze belasting. Dit beleid is altijd een taak geweest van de be
lastingdienst en werd door de gemeente gekoppeld met andere belastingen en
heffingen, waarvoor dan ook kwijtschelding mogelijk was en is. Kan het
college nu vanavond de inwoners van Teteringen garanderen, dat het afsto
ten door de belastingdienst van het invorderen van onroerend-goedbelasting
- en daarmee van het kwijtscheldingsbeleid - geen nadelige gevolgen zal
hebben voor hen, die voor kwijtschelding in aanmerking komen?
De voorzitter zegt aan raadslid Van Casteren toe, dat het college aan de
totstandkoming van de onroerend-goedbelastingen weer aandacht in Aller-Lei
zal wijden. Het lijkt hem echter verstandig om dit pas te doen tegen de
tijd, dat de aanslagen de deur uitgaan, want anders is wellicht de gegeven
informatie tegen die tijd weer weggezonken.
Tot raadslid Van de Kreeke zegt spreker, dat diens vraag eigenlijk buiten
de orde van het voorstel ligt. Hij wil echter toch wel proberen hem te ant
woorden. Hij heeft de ontwikkelingen met betrekking tot het kwijtschel
dingsbeleid niet uitputtend gevolgd. Hij weet dat de staatssecretaris wij
ziging van het beleid heeft aangekondigd. Hij kan echter niet garanderen,
dat er voor de inwoners van Teteringen niets zal veranderen. Wel kan hij
zeggen, dat de landelijke richtlijnen en bepalingen ten aanzien van het
kwijtscheldingsbeleid ten volle door het college zullen worden gevolgd.
Hij kan echter niet toezeggen, dat bij verandering van deze richtlijnen
door de gemeente een eigen kwijtscheldingsbeleid zal worden bepaald, als
dit al toegestaan zou zijn. Met al dit voorbehoud moet hij dit antwoord
aan raadslid Van de Kreeke geven.
Raadslid Van de Kreeke merkt op, dat dit moment hem wél het juiste leek om
over kwijtschelding te spreken, omdat de nieuwe verordening onroerend-goed
belastingen per 1 januari 1992 ook daarvoor gevolgen heeft. Hij heeft niets
anders begrepen en gelezen dan dat de landelijke richtlijnen, die ook door
het ministerie van financiën zullen worden uitgevaardigd, niet dwingend
zullen worden voorgeschreven, maar het gevolg zijn van het kwijtscheldings
beleid van de landelijke belastingdienst tot nu toe. En hij weet niet beter
of de gemeenten krijgen richtlijen en zullen autonoom zijn in het al of
niet nieuwe kwijtscheldingsbeleid en als dat niet zo is, wil hij dat graag
horen. En als het wél zo is, dan is het volgens hem toch zinnig dat er met
elkaar over gesproken gaat worden, wanneer en hoe in Teteringen het kwijt
scheldingsbeleid bekeken zal gaan worden, omdat hij niet beter weet dan
-26-