CDA eist nog meer druk van de PvdA-fractie op haar eigen provinciale en
landelijke fractie en suggereert, dat de PvdA het hoofd in de schoot legt.
Niets is minder waar, maar wat weet het CDA nu van hetgeen richting provin
cie en landelijke Partij van de Arbeid wordt gedaan? Totaal niets. Er is
geen enkele reden om aan de weg te timmeren en mededelingen aan de krant te
doen over hetgeen intern en op ledenvergaderingen naar voren wordt gebracht.
Jarenlang heeft hij al gezegd: knokken voor een zelfstandig Teteringen staat
duidelijk in het programma van zijn fractie, dat wordt ook landelijk gedaan
en zelfs bij vertegenwoordigers in de Tweede Kamer. Spreker heeft geen en
kele behoefte aan publiciteit in kratenartikelen. Reeds enkele jaren is in
dit gebouw bekend, formeel en informeel, dat men binnen Gedeputeerde Staten
vrij eensgezind is ten aanzien van herindeling. Dat is het standpunt van
G.S. in zijn algemeenheid en blijkt ook uit gesprekken met gedeputeerden.
Men is binnen G.S. niet onzeker over deze zaak, hetgeen blijkt uit pagina
8, ad 2 van de aangehaalde brief. Daarin staat, dat kleine gemeenten binnen
stedelijke gebieden moeten verdwijnen. Dat is al jaren het standpunt van
Gedeputeerde Staten en ook van het CDA in G.S. Dat weet men, en het is goed
te trachten G.S. van hun standpunt af te brengen, ook al heeft men daar een
hard hoofd in, maar laat het CDA nu niet richting andere politieke partijen
zeggen, dat er meer moet worden gedaan en dat het hoofd in de schoot wordt
gelegd; dat doet de Partij van de Arbeid niet. Deze fractie doet alleen heel
veel achter de schermen. Hij wil dit heel duidelijk zeggen, zodat dat dit
jaar niet meer herhaald behoeft te worden.
Raadslid Van Casteren is het eens met het standpunt van het CDA-Teteringen
dat gezamenlijk moet worden opgetreden tegen de bedreiging van Teteringen.
Maar zijn fractie heeft andere conclusies getrokken uit de berichtgeving
over de regionale vergadering van het CDA, namelijk dat het stellen van de
grens van 8000 voor Teteringen contraproduktief werkt. Het bericht in Aller-
Lei is dus wel erg positief gekleurd, om het eufemistisch uit te drukken.
Raadslid Braat wil in zijn algemeenheid opmerken, dat de hij de geluiden en
de artikelen in Aller-Lei met betrekking tot zelfstandigheid en hetgeen
raadslid Adriaansen uitdrukt richting andere politieke partijen om meer
druk op de ketel te zetten, prima vindt. Alle politieke partijen staan op
hun eigen manier voor dezelfde zaak. Opgepast moet worden, dat men niet in
de sfeer verzeilt om elkaar vliegen af te vangen teneinde zich voor een par
tij net iets beter te positioneren. Op het laatste CDA-congres is toch, on
danks moties van het CDA-Teteringen en Veldhoven, besloten dat gemeenten
tot 8000 inwoners voor annexatie in aanmerking komen. Waar heeft men het
dan over, dat is toch ook gewoon annexeren?
Raadslid Adriaansen reageert kort. Het CDA heeft niet het primaat op annexa-
tiegebied. Het is een gezamenlijk iets, dat Gedeputeerde Staten geschreven
hebben met het partijprogramma voor Noord-Brabant. Het is een kwestie van:
hoe voer je iets uit? Het is duidelijk, dat een aantal woordvoerders van
het CDA in de statenfractie wat verder voor het muziekkorps uitliep, dat
erkent hij. Dat is intern binnen de CDA-fractie wat rechtgetrokken. Nu is
men weer terug waar men moet zijn wat betreft de CDA-politiek in Noord-Bra
bant. Partij van de Arbeid en VVD zijn het CDA vóór geweest, voordat het
CDA het vaandel van herindeling en annexatie overnam. Nu moet het CDA wat
genuanceerder optreden en overleggen met VVD en PvdA, om samen te kijken
wat er nog mogelijk is in Noord-Brabant. Hij wil zeker niet ongenuanceerd
opmerken, dat Teteringen nu gevrijwaard is van annexatie, verre van dat. En
dat heeft het CDA ook niet in Aller-Lei geschreven. Er wordt slechts gezegd,
dat naar de mening van het CDA de kansen voor Teteringen gestegen zijn en
nog meer kunnen stijgen. Dat is zijn oproep in collegiale sfeer. De Partij
van de Arbeid en de VVD doen daar veel aan, maar toch denkt spreker, dat
voorlichting aan de burgers over wat alle partijen doen daaraan nog iets
kan bijdragen, zonder elkaar daarmee vliegen af te vangen. Hij denkt niet,
dat er verschil van mening is over het omgaan met dit probleem tussen de