Raadslid Braat vindt, dat de wethouder zijn complimenten niet zo moet rela
tiveren. Bovendien is hij tevreden over de toezegging, dat er incidenteel
eventueel nog wat ruimte is voor aanpassing.
Wethouder Verstegen meent, dat raadslid Van Casteren de zaak niet helemaal
heeft begrepen. De aanpassing van de straatverlichting komt vanavond in
het voorliggende voorstel aan de orde en daarna komt de verlichting op het
sportpark, als men dan vraagt: nog dit jaar? dan moet hij nee zeggen. Maar
op vrij korte termijn kan hij deze toezegging wél doen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
11. Voorstel tot het nemen van maatregelen ter beperking van overlast door
honden
Raadslid Van de Kreeke zegt, dat het voor de Partij van de Arbeid duidelijk
is, dat er nauwelijks iets gaat veranderen. Immers, de bestaande Algemene
Plaatselijke Verordening bepaalt reeds, waar een hond niet mag poepen, dat
de hond moet zijn aangelijnd en dat houders van honden de hondeuitwerpse
len dienen te verwijderen. Dat is allemaal al gesneden koek. De voorschrif
ten waren goed en duidelijk, alleen het toezicht door de politie op de na
leving ervan ontbrak. En misschien kan door het invoeren van de hondepen
ning dat toezicht verbeterd worden en (dat kan belangrijk zijn) het verant
woordelijkheidsgevoel van honde-eigenaren ten aanzien van de samenleving
verbeteren. Voor bepaalde mensen is het hebben van een hond een positieve
bijdrage aan het dagelijks bestaan, en dat gevoel mag men niemand afnemen.
Dit voorstel doet dit hopelijk ook niet en daarom kan de PvdA met het voor
stel instemmen. Alleen de opmerking over de hondenuitlaatplaats aan de
Dr. Hein Hoebenlaan kan hij niet goed plaatsen. Iedereen die regelmatig op
het zogenaamde shotterrein komt weet en ziet dat honden en eigenaren hoofd
zakelijk het shotveld verkiezen boven het gewezen veel kleinere cyclecross-
baantje. Dat zal wel een kwestie zijn van ruimtegevoel. Het shotveld is
één groot drollenveld, waar zelfs een grasmaaimachine niet meer komt, want
om die reden wordt dat overgeslagen. En dat is de realiteit; vandaar zijn
verbazing over de opmerking in het voorstel over het shotveld.
Raadslid Van Casteren zegt, dat het voorstel volgens de Dorpsgemeenschap
niet de prijs verdient voor creativiteit. Het voornemen tot het invoeren
van een hondepenning juicht hij van harte toe. Niet alleen zal dit vermoe
delijk een financiëel voordeel opleveren, maar de mogelijkheid wordt tevens
verhoogd om een groter appèl te doen op de verantwoordelijkheidszin van de
burgers. Het middel heeft namelijk iets van een sociale controle in zich.
De passage in het voorstel dat na het invoeren van deze penning het aantal
honden waarschijnlijk zal gaan dalen vindt hij enigszins cynisch. Hij be
nadrukt dat het slagen van de bedoeling van dit voorstel staat of valt met
een goede voorlichtingscampagne en haalt een brief aan van het hoofd voor
lichting gemeente Ridderkerk, waarin een aardig beeld wordt gegeven van
wat zoal mogelijk is. Hier werd met een minimum aan kosten de mentaliteit
van hondeëigenaren beïnvloed. Dit artikel beveelt spreker ter lezing aan.
In de begrotingsbehandeling 1991 werd de verhoging van de hondenbelasting
onder andere gemotiveerd met het argument, dat deze verhoging ten goede
zou komen aan de middels de nota hondenoverlast te nemen maatregelen. For
meel heeft het college gelijk, wanneer men stelt dat de kosten van dit
voorstel gedekt worden uit de begrotingspost: buffer opvang financiële
tegenvallers. Was de mededeling van destijds inzake de verhoging soms niet
correct? Ook denkt hij dat de mededeling over de wijze van financiering
van een en ander enigszins ongenuanceerd zal overkomen bij een groot deel
van de belastingbetalers.
Raadslid Adriaansen merkt op, dat dit voorstel de uitwerking is van een
nota, die in november 1990 door de raad is vastgesteld. Toen is tevens ge-
-9-