gemeente teteringen De raad van de gemeente Teteringen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 februari 1992; gelet op de artikelen 272, aanhef en onder h, en 277, eerste lid, aanhef en onderdeel b, ten eerste van de gemeentewet en artikel 8, tweede lid, van de Woonwagenwet BESLUIT: vast te stellen de volgende "Verordening op de heffing en invordering van rech ten voor het innemen van een standplaats met een woonwagen op een woonwagen- centrum" Aard van de heffing Artikel 1 Onder de naam van staangeld wordt voor het innemen van een staanplaats met een woonwagen op het woonwagencentrum in de gemeente Teteringen een recht geheven overeenkom stig de volgende artikelen. Artikel 2 Begripsomschrij vingen Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder een woonwagencentrum in de gemeente Teteringen als bedoeld in artikel 2 van de Woonwagenwet; een wagen als bedoeld in artikel 1 van de Woonwagenwet; een als zodanig aangeduid en voor één woonwagen bestemd gedeelte van het woonwagencentrum met de eventueel zich daarop bevindende voorzieningen-unit; maand een kalendermaand of gedeelte daarvan. woonwagencentrum woonwagen standplaats Belastingplicht Artkel 3 Belastingplichtig is de hoofdbewoner als bedoeld in de artikelen 15 en 21 van de Woonwagenwet of bij diens afwe zigheid, de oudste van de alsdan aanwezige gebruikers van de woonwagen, met dien verstande, dat betaling door één hunner de ander van de plicht tot betaling ontheft. Artikel 4 Tarief Het staangeld bedraagt per ingenomen standplaats met voorzieningengebouw 135,27 per maand en per ingenomen standplaats zonder voorzieningengebouw 74,40 per maand.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 31