-li-
Na enige discussie stelt raadslid Valk voor om dit agendapunt dan toch maar
aan te houden, zodat de raad het voorstel van het college kan afwachten.
Dan kan straks in overleg met La Crique worden bekeken, welke moqelijkhe-
den er zijn.
De voorzitter vindt dit wel heel aardig, maar hoe lang wil de raad dit punt
dan aanhouden Als de raad straks de subsidieverordening aanneemt, dan
neemt men een verordening aan, die per 1 januari 1993 ingaat. Daarnaast:
de subsidieverordening geldt ten aanzien van een aantal voorzieningen, die
in de Welzijnswet tot de gemeentelijke taken gerekend worden en die worden
in de subsidieverordening nauwkeurig omschreven. De gemeente rekent ook
andere dan alleen gemeentelijke taken tot haar verantwoordelijkheid. De
raad kan dus best zeggen: het staat niet met zoveel woorden in de subsidie
verordening, maar wanneer in die verordening omschreven staat wat het ge
bied is waarover de verordening zich uitstrekt, dan is dat ook ten aanzien
van startsubsidies en stimuleringssubsidies. De zaak lijkt hem daarom kans
loos.
Als de raad daarenboven inzake start- en stimuleringssubsidies niet de be
perking opneemt ten aanzien van de gemeentelijke taak, dan komt men met
het probleem te zitten, dat men straks iedereen, die een initiatief neemt
of aan elke rechtspersoon ter wille van wat dan ook, een startsubsidie
dient te geven, wanneer de raad niet verklaart, dat men ook die eenmalige
subsidies van toepassing verklaart op de verschillende groepen, die voor
subsidie in aanmerking komen en die op grond van de Welzijnswet tot de ge
meentelijke taakstelling behoren. Dat is nu juist de problematiek waarmee
men zit en waarover ook de discussie in het college zich diepgaand heeft
afgespeeld. Maar het zou op zich een vreemde zaak zijn wanneer ten aanzien
van een onderdeel - start- en stimuleringssubsidies - ook andere initiatie
ven met een heel wijd gebied in aanmerking zouden kunnen komen en het ge
meentebestuur zich niet zou beperken tot die groepering (genoemd onderaan
op pagina 2 van de subsidieregeling)
Het zou inderdaad flauwekul zijn om te beweren: we zijn met een nieuwe sub
sidieregeling bezig en als deze straks is aangenomen, dan willen we wel
gaan kijken naar dit initiatief - dat eigenlijk te vroeg komt -. Maar er
staan nogal wat initiatieven vermeld, maar daaronder valt de jeu de boules-
vereniging niet te rangschikken. Dat heeft nu eigenlijk geleid tot dit voor
stel tot het niet toekennen van de eenmalige financiële bijdrage. Dan heeft
het ook niet veel zin om dit punt nu aan te houden, want hij voorziet niet,
dat van de zijde van het college op enig moment een ander voorstel zou kun
nen komen.
Raadslid Valk meent toch, dat de raad zou kunnen afwachten of het college,
na overleg met La Crique, niet met een voorstel zou kunnen komen.
De voorzitter waarschuwt om nu geen dingen door elkaar te halen. Er ligt
nu een verzoek voor een eenmalige bijdrage in de aanloopkosten. Daar zegt
het college nee tegen. Verder maakt raadslid Braat melding van een brief.
Het college heeft ook al eerder contacten gehad met het bestuur van La
Crique en het gevolg daarvan is geweest, dat het college heeft gezegd: we
praten over optimalisering van een aantal voorzieningen in Teteringen, we
komen daar met een voorstel voor, dat wordt in de commissie besproken en
we gaan met de commissie over tot prioriteitstelling. Waar dan de voorzie
ning "aanleg jeu de boulesbaan" in die prioriteitstelling terecht komt, is
een andere zaak. Nu gaat het enkel en alleen om een financiële bijdrage in
de aanloopkosten (of startsubsidie)
Raadslid Van de Kreeke heeft zich om goede redenen buiten de discussie wil
len houden, maar hij wil toch het volgende opmerken. Als het niet nodig is
om bij start- en stimuleringssubsidies toe te voegen, dat deze getoetst
worden aan de Welzijnswet, omdat het college zou kunnen verwijzen naar de
verschillende hoofdgroepen, die inderdaad genoemd zijn, dan heeft het col
lege in het voorliggende voorstel gezegd, dat de vereniging die om een