geveer overeen met wat er in 1991 aan subsidie wordt uitgegeven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
14. Voorstel tot het vaststellen van de verordening, regelende het toekennen
van een tegemoetkoming in bovenmatige ziektekosten aan enkele groepen van
I.Z.A.-deelnemers
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkom
stig het voorstel van burgemeester en wethouders.
15. Voorstel tot het aangaan van een vaste geldlening ten behoeve van de bouw
van 20 sociale huurwoningen
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkom
stig het voorstel van burgemeester en wethouders.
16. Voorstel tot het wijzigen van de Algemene Plaatselijke Verordening in ver
band met de overlast, veroorzaakt door honden
Raadslid Adriaansen merkt op, dat met dit voorstel de politie een mogelijk
heid wordt gegeven om in ieder geval op te treden, mocht dat nodig zijn.
Men mag de hondenoverlast in Teteringen niet overschatten, maar ook niet
onderschatten en het is best een serieus probleem in sommige straten en
wijken. In de A.P.V. is in elk geval geregeld, dat de hond zijn uitwerpse
len in de goot en in openbare plantsoenen mag deponeren. Aan de andere
kant is men nu bezig met de nieuwe wijk De Haenen. Er is vastgesteld, dat
daar een andersoortig rioolstelsel gaat komen, zelfs met een vijver. Als
de gemeentelijke overheid gaat toestaan, dat de hond in de goot zijn uit
werpselen mag doen, dan betekent dat, dat straks deze uitwerpselen in De
Haenen in het oppervlaktewater, in de vijver terecht gaan komen; bepaald
geen hygiënische toestand, zeker niet in zo'n kleinschalige vijver als
daar komt. Zijn fractie is het eens met het voorstel, maar wil ook bena
drukken, dat dit eigenlijk toch niet het hele werk is. De hondebezitter
moet er echt van overtuigd zijn dat hijzelf verantwoordelijk is voor het
opruimen van de uitwerpselen van zijn hond. Daarvoor zijn allerlei attribu
ten in de handel. Bij vele gemeenten wordt ook in die richting gewerkt,
dat is een langdurige zaak, darvan is hij overtuigd. Maar het uiteindelijk
beleid van de gemeente moet zijn, dat de hondebezitter ervoor zorg draagt,
dat de uitwerpselen door hemzelf dienen te worden verwijderd. Het CDA is
van mening, dat er straks zeker voorstellen zouden kunnen komen met betrek
king tot de ruimplicht. Nu nog niet, maar hij denkt, dat dit misschien toch
wel eens zou kunnen gaan gebeuren. Hij hoopt, dat de controle door de poli
tie, die daarvoor vele uren gaat uittrekken, mettertijd gestalte gaat krij
gen. Er hoeft geen jacht op te worden gedaan, maar met goede voorlichting
door de gemeente en met goed toezicht mag er toch wel iets worden verwacht.
Als de gemeente daar veel geld voor uittrekt, mag men ook van de hondebe
zitter wat dat betreft iets verwachten.
De voorzitter merkt op, dat dit de laatste uitvoering is van het voorstel
over hondenoverlast van november 1991. Men beschikt over meer middelen, o-
ver mogelijkheden om een ruilmiddel voor te schrijven. Maar het college
heeft daar niet voor gekozen, omdat de ervaringen in andere gemeenten niet
optimistisch stemden en dat nog nergens is gebleken, dat dit efficiënt
functioneert. Veel beter is het om met kleine stapjes, met voorlichting en
het aankweken van een bepaalde mentaliteit, iets te doen dan met allerlei
voorschriften te komen, die dan toch weer mislukken zowel in de handhaving
als in het gevolg dat de mensen eraan geven. Daarom wil het college alleen
-16-