Verzoek van Breda Wegenbouw b.v.
Bij besluit van 5 april 1988 is door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant aan
Breda Wegenbouw b.v. ontheffing verleend van het verbod zoals dat is ingesteld
ten aanzien van de Vraggelse Baan. De ontheffing was geldig tot 1 april 1990.
Gelet hierop verzoekt Breda Wegenbouw b.v. wederom om ontheffing voor de be
drijfswagens. Aangezien Gedeputeerde Staten in het verleden ontheffing hebben
verleend en dat van deze ontheffing alleen gebruik zal worden gemaakt door be
drijfswagens, bestaat er geen bezwaar dat aan Breda Wegenbouw b.v. ontheffing
wordt verleend.
Consequenties
geen
Commissiebehandelinq
In ons aanvankelijk voorstel hadden wij tevens het delegeren van de bevoegd
heid aan ons college tot het verlenen van ontheffing opgenomen. De commissie
Algemene Zaken en Middelen heeft in zijn vergadering van 6 mei jl. geadviseerd
het delegatie-voorstel terug te nemen, hetgeen wij hebben gedaan.
De commissie Algemene Zaken en Middelen, in zijn vergadering van 6 mei 1992 ter
zake gehoord, gaat met het gewijzigde voorstel akkoord.
Burgemeester en wethouders van Teteringen,
secretaris
A.Cvan Rooij
burgemeester
Arn. van den Berg.
Ter inzage:
- verzoek Breda Wegenbouw b.v.
- concept-raadsbesluit.
-40-