-17-
vingers van de gemeente Breda wijzen volgens raadslid Van de Kreeke schijn
baar in deze richting. Dit gebied is een uitstekende lokatie voor een golf
terrein en stelt daarmee het belang van Teteringen veilig, zo meent het
CDA. Maar niet alleen van Teteringen; ook de regio is gebaat met een klei
ne, groene kern in het centraal stedelijk gebied. De krampachtige pogingen
van buurgemeente Breda om 't Hout toch voor een golfterrein te bestemmen
zullen, naar het zich laat aanzien, op een dood spoor terecht komen, ge
zien het betreffende natuurgebied en de halsstarrige weigering van de
grondeigenaren om grond af te staan. Jammer van het geld en van de bestuur
lijke en ambtelijke arbeid, die daarmee is gemoeid. Zijn fractie zou eigen
lijk een beroep op Breda willen doen om de reeds eerder uitgestoken hand
van Teteringen aan te pakken en dan de ideale golflokatie voor de regio
gezamenlijk te realiseren. Dat zou een schitterend voorbeeld zijn van re
gionale samenwerking, zonder met elkaar te concurreren. Want uiteindelijk
betaalt de burger de rekening in de belastingen.
De financiële gevolgen voor een MER-procedure zijn, voorzover hij kan na
gaan, nu niet helemaal duidelijk afgegrendeld. In de samenwerkingsovereen
komst waarop het college doelt zal nog eens duidelijk tot uitdrukking moe
ten worden gebracht, wie waarvoor verantwoordelijk is. Ook is hij er niet
helemaal gerust op, dat de MER-procedure voor de ambtelijke sector van
Teteringen zo gemakkelijk gedaan zou kunnen worden. Het is de eerste keer
dat Teteringen met zo'n grote procedure in aanraking komt, dat zal best
veel nieuwe stof geven. Hij kan zich voorstellen, dat ten aanzien van zulk
soort procedures wel eens externe hulp nodig zou kunnen zijn. Raadslid Van
de Kreeke noemt een aantal nieuwe zaken, die hemzelf niet bekend zijn, al
hoewel hij aanneemt dat die uit betrouwbare bron zijn. Hij had eigenlijk
het college willen vragen om een ultieme poging te doen richting gemeente
Breda om met hun kennis en de ambtelijke ondersteuning vanuit Teteringen
dit project gezamenlijk van de grond te tillen, maar als hij nu hoort wat
raadslid Van de Kreeke zegt, denkt hij dat die ultieme poging toch inder
daad maar een povere poging wordt.
De voorzitter dankt raadslid Braat voor de ondersteuning. Laatstgenoemde
verzocht het college om geïnformeerd te mogen blijven inzake de ontheffing
Uiteraard zal de raad op de hoogte worden gehouden van de ontwikkelingen
in de komende maanden - hopelijk hoeft hij niet in termen van jaren te
spreken - hetgeen regelmatig in de beraadslagingen in commissie en raad
zal terugkomen. Het woord 'ontheffing' is uitdrukkelijk genoemd, maar de
ontheffing van de MER, waarop men in eerste instantie afstevende, is nu
van de baan. De gemeente gaat nu een volledige MER-procedure aan. Hiermee
hoopt spreker voldoende duidelijk te zijn geweest.
Raadslid Van de Kreeke houdt een heel betoog en heeft een theorie losgela
ten. Alhoewel hij hem graag wil geloven is zijn geloof nog niet groot ge
noeg om al deze zaken ook metterdaad in de beraadslagingen te betrekken,
aangezien het, althans voor hemzelf en ook voor raadslid Adriaansen, vol
komen nieuwe en niet geverifieerde zaken zijn. Denkelijk is het heel ge
vaarlijk om met deze recente ontwikkelingen rekening te houden, omdat die
- nog - niet in de openbaarheid zijn gekomen, noch hierover van de zijde
van de gemeente Breda enige mededeling is gedaan. Daarom kan dit voor spre
ker geen informatie zijn waarop hij kan reageren. Wél wil hij reageren op
de stelling, dat de gemeente op merkwaardige wijze het voortouw neemt, om
dat de eerst-belanghebbende de kosten moet betalen. Het is in het belang
van de gemeente Teteringen om deze investering er tussen zien te krijgen,
en alle andere fracties zijn het daarmee eens, gehoord de uitlatingen. Dus
het is niet alleen Albatross, die de eerst-belanghebbende is; de gemeente
Teteringen is evenzeer belanghebbende en daarom zet Teteringen een belang
rijk deel van de hiervoor bestemde gelden (die overigens van het ministe
rie van VROM weer zullen worden terugontvangen) in, om dit initiatief in
ieder geval op gang te krijgen. Want één van de zes onderdelen van de eer-