cumenten. Deze voorziening is in een af te sluiten ruimte geplaatst. 2. De plaatsen waar de identiteitskaarten en materialen zijn opgeslagen, zijn uitgerust met een elektronisch inbraakalarmeringssysteem dat voorziet in een zogenoemde permanente vaste-lijn-verbinding met een door de rijksover heid toegelaten alarmcentrale. 3. De werkvoorraad identiteitskaarten en de te gebruiken materialen bevinden zich tijdens de werkuren, onder voortdurend toezicht, op een voor het pu bliek onzichtbare en voor onbevoegden onbereikbare plaats. Buiten de werk uren wordt de werkvoorraad opgeslagen in de in het eerste lid bedoelde voor ziening. De werkvoorraden bedragen niet meer dan het gemiddelde verbruik van twee dagen. 4. Met betrekking tot de toegang van personen tot de hoofdvoorraad en het zorg vuldig beheer van de werkvoorraad worden organisatorische maatregelen ge troffen, die regelmatig op hun effectiviteit worden onderzocht en zo nodig verbeterd. 5. Burgemeester en wethouders dragen zorg, dat de bij de uitvoering van de ver' ordening betrokken ambtenaren regelmatig worden geïnformeerd over ontvreem dingsrisico's en geïnstrueerd met betrekking tot risicobeperkende afspraken en maatregelen ter zake. Artikel 27 In het geval van ontvreemding dan wel vernietiging van identiteitskaarten of materialen ten gevolge van inbraak, diefstal, verduistering, overvallen, brand of anderszins doen burgemeester en wethouders daarvan terstond aangifte bij de plaatselijke politie. Artikel 28 Burgemeester en wethouders stellen als nadere regels het VNG-Reglement vast betreffende inkoop, aflevering, werkvoorraad, uitgifte, verschrijven, vermis sen, diefstal en innemen van identiteitskaarten. HOOFDSTUK 7 Slot- en strafbepalingen Artikel 29 Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van deze verordening en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van het ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheim houdingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van deze verordening de noodzaak tot bekendmaking voort vloeit. Artikel 30 1. Het is een ieder verboden een identiteitskaart valselijk op te maken of te vervalsen, of een identiteitskaart op grond van valse gegevens te doen ver strekken dan wel een aan hem of een ander uitgereikte identiteitskaart ter beschikking te stellen van derden, met het oogmerk het door dezen te doen gebruiken als ware het aan hen uitgereikt. 2. Het is een ieder verboden in het bezit te zijn van een identiteitskaart waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat het vals of vervalst is, dan wel gebruik te maken van een niet op zijn naam gestelde identiteits kaart. Artikel 31 Hij die handelt in strijd met het bepaalde in artikelen 21, eerste lid, 22, 29 of 30 wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 71