Op 3 november 1992 om 19.00 uur heropent de voorzitter de vergadering en
meldt de afwezigheid van raadslid Brounts.
Daarna geeft hij het woord aan raadslid Adriaansen. Deze dankt het college
voor de uitvoerige beantwoording in eerste termijn. Hij heeft goed geluis
terd naar de andere fracties en hun meningen en opvattingen getoetst aan
die van het CDA.
Gemeentelijke herindeling:
Alle fracties hebben wat dit betreft dezelfde opvatting: de identiteit, de
kleinschaligheid van Teteringen moet behouden blijven. Dit kan het beste
met behoud van de zelfstandigheid van Teteringen in samenwerking met andere
gemeenten in een regionaal bestuur met bevoegdheden. Het slechtst is Tete
ringen af met annexatie door Breda. Koste wat kost moet dit worden voorko
men. Zelf ziet Teteringen haar zelfstandigheid wel zitten, maar het is de
vraag of de provincie en landelijke politiek dat ook doen. Teteringen is
zeer kwetsbaar qua inwoneraantal en de ligging in het centraal stedelijk
gebied, waarin de grote bouwstroom moet plaatsvinden. Van groot belang is
om binnenkort te weten of Teteringen ja of nee in aanmerking komt voor een
grote bouwlokatie. Zo ja, dan is het CDA, gezien de ervaringen elders in
Brabant, niet zo optimistisch. Zo nee, dan is er een belangrijk nieuw ele
ment in de discussie, want Teteringen kan zich dan beroepen op haar bijzon
dere positie bij het behoud van groen en recreatie. En zijn fractie wil de
ze positie aangrijpen om een nieuwe discussie aan te gaan of Teteringen op
grond van deze taakstelling wel in het centraal stedelijk gebied blijft be
horen. Een krachtige, groene gemeente met Terheijden is dan ook zeker niet
ondenkbaar vanwege het aaneengesloten karakter van het buitengebied. Hij
zou graag een korte visie hierop horen van het college.
Woningbedrijf: Wil het college bij de overname van het gemeentelijk woning
bedrijf eens bekijken of de toewijzing van woningen en de administratie daar
van niet onder zorgvuldige gemeentelijke condities kan plaatsvinden bij de
woningbouwvereniging, die mogelijk deze taak gaat vervullen?
Hoofdstuk 0, Algemeen Bestuur. De VVD heeft een schitterende invulling ge
geven aan het functioneren van deze raad en vraagt de visie van de andere
fracties. Het CDA constateert bij alle partijen een positief-kritische hou
ding ten opzichte van het collegebeleidonverschillig of zo'n fractie wel
of niet een wethouder in het college heeft. Uiteraard heeft elke partij haar
eigen verantwoordelijkheid in hoeverre wordt ingegaan op beleids- en beheers
zaken. Hierin constateert hij verschillen, en dat mag, in die zin dat frac
ties, die een wethouder hebben, een dubbele verantwoordelijkheid hebben,
waarbij de wethouder in collegiale verantwoordelijkheid jegens het college
tegelijkertijd ook raadslid is. Het moge de VVD duidelijk zijn, dat het CDA
zeer zorgvuldig met deze verantwoordelijkheid wil omgaan. Hij heeft daarom
de opvattingen van de VVD zeker niet gezien als kritiek, maar als een beves
tiging om zo door te gaan. Het CDA is het eens met De Dorpsgemeenschap, dat
voorstellen in de commissies grondzaken en welzijn integraal behandeld die
nen te worden wanneer de financiën reeds in de begroting zijn opgenomen.
Dit geldt niet voor zaken waarvan de financiën niet geregeld zijn, wanneer
de dekking voorgesteld wordt uit de post onvoorzien of uit de reserve. Deze
zaken horen volgens hem in de commissie algemene zaken en middelen. Het CDA
meent overigens, dat deze afspraken reeds twee jaar geleden zijn gemaakt.
Aan het slot van de beantwoording in eerste termijn concludeert het college,
dat de raad akkoord is of zal gaan met de primitieve begroting - of woorden
van gelijke strekking -. Dat vindt spreker toch een wat al te optimistische
formulering: ondanks de goed geformuleerde antwoorden van het college heeft
hij toch wat kritische kanttekeningen.
Verkeer en vervoer: Zijn fractie blijft ernaar gissen welk onderzoek het
college op het oog heeft ten aanzien van verkeersknelpunten, als het gaat
om sluiproutes in Teteringen dan beperkt zich dat volgens hem tot op- en af-
-47-