Het CDA stemt graag in met het voorstel, maar wil mettertijd, wanneer de
grote investeringen aan gaan komen van anderhalf miljoen, toch nog eens die
lange looptijd bekijken, met de financiën erbij.
De voorzitter antwoordt aan raadslid Van Hooydonk, dat een belangrijk be
drag, dat ook al is opgenomen in de totale kosten van 38 miljoen, op jaar
basis uit de algemene dienst komt. Het onderscheid is, dat het onderhoud en
alles wat daarmee samenhangt, inderdaad uit de algemene dienst wordt geno
men en dat nieuwe investeringen (bijvoorbeeld dus ook de Pieter van Ginne-
kenstraat, want dat is een vervanging van het riool) zoals eerder al is
voorgekomen, uit het fonds komen. Maar de lopende uitgaven gaan dus uit de
algemene dienst. En daarom, zegt hij tot raadslid Adriaansen, zit in de 38
miljoen al een behoorlijk bedrag dat er af moet, vanwege het feit dat door
al die 60 jaren heen er ook uitgaven uit de lopende dienst in blijven zit
ten Bovendien dienen sommige investeringen pas na 30 of 40 jaar gedaan te
worden, waarvan de afschrijvingen weer buiten die periode van 60 jaar zit
ten. Een investering die na 30 jaar wordt gedaan valt maar voor de helft in
de periode van 38 miljoen, omdat de andere helft weer né die periode zit.
Daar moet dus een hele calculatie op gemaakt worden en dat heeft de afde
ling financiën gedaan.
Wél moeten de raad en het college gezamenlijk na een aantal jaren nogmaals
bekijken, of de opgelegde heffingen inderdaad voldoende zijn en of alles
zich ontwikkelt zoals men het nu ziet. Als er zich calamiteiten zouden voor
doen, zodat de rioolbuizen plotseling veel eerder vervangen zouden moeten
worden dan moet er natuurlijk ook worden gekeken naar de rioolheffing, want
het uitgangspunt blijft, dat alle investeringen die gedaan worden ten aan
zien van rioleringen en waterafvoer ten laste komen van het gecreëerde
rioolfonds. Ook wanneer in de loop van de tijd steeds strengere milieuvoor
schriften ten aanzien van riolen worden uitgevaardigd, zal het bedrag moe
ten worden herzien. Dan kan er jaarlijks bij de begrotingsbehandeling wor
den aangepast. En wanneer er plotseling zeer grote investeringen aan de or
de zouden komen, waarmee nu nog geen rekening kan worden gehouden, zal de
gemeente toch moeten beslissen om de rioolheffingen te verhogen binnen de
systematiek die er is, dat er geen fonds wordt gemaakt waaruit men de nood
zakelijke investeringen a fonds perdu kan doen, maar dat men steeds met een
afschrijving over een behoorlijke afschrijvingstermijn zit: thans 60 jaar.
Maar mocht het anders lopen, dan moet men de afschrijvingstermijn inkorten
en zal de rioolheffing verhoogd moeten worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders.
7. Voorstel tot het verhogen van het subsidie ten behoeve van het Regionaal
Bureau Slachtofferhulp Stadsgewest Breda
Raadslid Van Casteren vindt dat het Bureau Slachtofferhulp goed werk doet
en gaat akkoord met het voorstel, maar toch vindt hij de verhoging van het
subsidie procentueel meer dan fors. Het lijkt hem toe, dat de politie via
een omweg extra gelden wil binnenhalen. Dat vindt hij geen goede zaak. Op
die manier wordt de gemeente, als laatste in de rij om kosten af te wente
len, weer met extra kosten opgezadeld. Dragen alle gemeenten in het Stads
gewest naar rato evenveel bij?
Raadslid Valk is het in grote lijnen met de vorige spreker eens. Nauwelijks
is het subsidie op 7 cent per inwoner vastgesteld, dus voor Teteringen
400,en voor het Stadsgewest enkele tienduizenden guldens, of men leest
in de krant dat er voor slachtofferhulp over miljoenen gesproken gaat wor
den, waarbij de gemeenten weer het haasje zijn. En dan zegt hij weer: de
rijksoverheid ontwikkelt iets in samenhang met gemeenten - en gelukkig
draait het proefproject naar wens- maar ook hij vindt het gevaarlijk, dat
alles zo langzamerhand op de gemeenten wordt afgewenteld en dat daar finan-
-74-
