bijdrage te verkrijgen voor het nemen van noodzakelijke saneringsmaatrege
len. Toevallig werd vanavond op de televisie gezegd, dat dit een zeer moei
lijke klus zou worden, maar in ieder geval is het aangemeld. Het zou dus
kunnen zijn, dat die bijdrage inderdaad wordt verkregen, maar tot op heden
heeft het nog niet tot resultaat geleid. Dan wordt ook nog vermeld, dat
het bedrag al in 1983 op 600.000 werd geschat en iedereen weet wat er
inmiddels ten aanzien van bodemsanering allemaal naar voren is gekomen.
Niet ten onrechte wordt ervoor gewaarschuwd, dat de uitkomsten een veel
voud van dit bedrag zullen bedragen. Het is dus te hopen, dat van het rijk
een bijdrage - als het kan, kostendekkend - wordt verkregen, zodat dit be
drag dan weer van het toneel verdwijnt.
Het college zal zeer zeker aan het Woonwagenschap vragen om goed op de
hoogte te worden gehouden van de kosten, zegt spreker tot raadslid Adriaan-
sen. En wanneer er toch een bijdrage zou moeten worden gegeven, hetgeen
gezien het voorgaande niet te hopen is, dan zullen de gemeenteraden zeker
tevoren op de hoogte gesteld dienen te worden. Tot raadslid Hofland zegt
hijdat nu nog niet te zeggen is wanneer de afronding van een en ander te
verwachten valt. Hopelijk wordt de zaak met voortvarendheid aangepakt en
krijgt men daar snel duidelijkheid in. Maar vooral het rijk zal daar aan
uitspraak over moeten doen; daarop heeft de gemeente geen enkele invloed.
Als raadslid Van de Kreeke spreekt over berichten in de krant inzake toe
komstig gebruik van de gronden, denkt spreker wel te weten, waarop deze
doelt. Hij heeft een artikel gelezen over plannen voor aanleg van een wie-
Iercircuit, maar hij weet niet of er verder gronden verkocht worden, want
de eigenaar van de grond is hem niet bekend. Het zou het Schap kunnen zijn
of de gemeente Breda, die daarvoor dan plannen aan het ontwikkelen zou kun
nen zijn. Maar bij een verdere liquidatie zou dat zeker aan de orde kunnen
komen. Zelf vermoedt hij, dat de grond eigendom is van de gemeente Breda,
maar hij weet niet waarop hij dit vermoeden zou kunnen stoelen, hij kan er
niets met zekerheid over zeggen. Het college zal dit zeker nagaan en dat
kan ook, omdat het nu geen finale kwijting is maar een voorschot op verder
te verstrekken gegevens en bedragen.
Raadslid Van Casteren is niet erg gerustgesteld door de beantwoording. Be
bouwing op een vervuilde plaats kan naar zijn gevoel alleen maar kostenver
hogend gaan werken. Er moet toch zeer alert op deze situatie worden gere
ageerd.
Raadslid Adriaansen neemt aan, dat het Stadsgewest nu de rechten en plich
ten van het Woonwagenschap gaat overnemen. En verder worden de gemeenten
nu in feite geconfronteerd met de situatie - overigens al een oude toe
stand - dat zij hun lokale woonwagencentra hebben, die geld kosten, en nu
ook nog eens te maken krijgen met liquidatie. En eigenlijk wordt die ver
oorzaakt door het rijksbeleid. De woonwagencentra moeten worden gedecen
traliseerd, en waar blijven eigenlijk de rijksbijdragen? Zijn die ooit
toegezegd of zijn die er ooit geweest? Dat weet hij niet.
Raadslid Van de Kreeke denkt dat het college uit de reacties in eerste ter
mijn wel zal hebben opgemaakt dat er toch enige bezorgdheid is ten aanzien
van het totale gebeuren. De Partij van de Arbeid hoopt, dat de hele kwes
tie zich in alle openheid zal afspelen. In de eerste termijn heeft spreker
het woord 'voorschot' gebruikt, wat niet helemaal terecht is, omdat het
college zelf in het voorstel om een voorschot vroeg.
De voorzitter verduidelijkt dat er een bedrag van ruim 15,is gevraagd
en het college heeft zelf gezegd: dat doen we niet, we geven een voorschot
Daarop doelde raadslid Van de Kreeke dan ook in de eerste termijn.
Het tijdstip van de vervuiling zal moeilijk te traceren zijn. Hopelijk is
dat toch op de een of andere manier wél mogelijk, zodat Teteringen niet
behoeft mee te betalen aan datgene dat vóór 25 jaar daar eigenlijk al lag
of in de grond zat. En het ministerie van VR0M heeft deze week zo op haar
falie gehad van de Rekenkamer, dat dit dan misschien hopelijk eens goed
-10-
