natuurlijk ook een andere invalshoek heeft, soms. De voorzitter wil hier graag op reageren. Ieder gewestraadslid, dat hoort zo in de gemeenschappelijke regeling, heeft een verantwoordings plicht. Je kunt dus niet sturen, maar je kunt wél ter verantwoording roepen. Dat ligt natuurlijk verschrikkelijk dicht bij elkaar, maar die begrippen moeten even uit elkaar worden gehouden. Verder denkt hij, dat de samenvatting zoals in de eerste termijn is gegeven, door hem niet herhaald behoeft te worden; want hij constateert dat die goed begrepen is door de raad. Inzake het meer body geven an het portefeuillehoudersoverleg zou hij een voorstel willen doen, waarover hij in de commissie eerst wil overleggen, om dan inderdaad in de verschillende functionele commissies de portefeuillehouders te laten vertellen wat in die stadsgewestelijke commissies gebeurt. Het is eigenlijk ook de doelstelling, om dat meer naar elkaar toe te halen, want dan krijgen in ieder geval de functione le commissies ook de inlichtingen vanuit de portefeuillehoudersoverleg situaties, die er geweest zijn. Dat is denkelijk al een heel goede zaak en dat kan men hier in de gemeente zelf al regelen. Dan krijgt dat vanzelf meer body, maar er moet eerst even worden doorgesproken, of men gaat sturen of dat er verantwoording moet worden afgelegd. En spreker moet toch nog even heel nadrukkelijk zeggen, dat in het Stadsgewest afgesproken is (en zo werkt dat ook de laatste twee, drie jaar), dat alleen portefeuillehouders naar het portefeuillehoudersover leg komen en dat zij in énkele gevallen zich laten bijstaan door ambtelijke medewerkers. Een ambtelijke medewerker kan vervangen, maar heeft dan absoluut geen medebeslissingsrecht in het portefeuillehou- dersoverleg. Tot voor een aantal jaren zou raadslid Adriaansen gelijk gehad hebben, maar de samenstelling is al jaren zoals spreker heeft aangegeven. Raadslid Van de Kreeke wil nog weten, hoe dan een raad nog een porte feuillehouder ter verantwoording kan roepen voor diens daden als portefeuillehouder. Hij zit daar niet alleen voor de plaats Teteringen, maar hij heeft binnen het portefeuillehoudersoverleg een bepaalde portefeuille te verdedigen. En daar zal een bepaald standpunt worden ingenomen. En hoe komt de raad dan aan die standpunten? Daarom wil de voorzitter daar in de commissie over praten, om dat meer op elkaar af te stemmen, dat dus de portefeuillehouders met verschil lende portefeuilles hier in de gemeente, die naar een portefeuillehou dersoverleg gaan, ook verslag doen van wat in dat portefeuillehouders- overleg besproken is. Dat is de verantwoording. En wat zij als standpunt hebben ingenomen, meent raadslid Van de Kreeke. De voorzitter beaamt dat en voegt eraan toe, dat indien ook maar enigszins mogelijk de portefeuillehoudersoverleggen in het college voorbesproken zullen worden. Dus in het college worden wél afspraken gemaakt over de inbreng in het portefeuillehoudersoverleg door de portefeuillehouder. Raadslid Van de Kreeke trekt de conclusie, dat de raad dan met lege handen staat, wanneer er tevoren geen gelegenheid voor de raad is geweest om met de portefeuillehouder van gedachten te wisselen over diens inbreng in een portefeuillehoudersoverleg. En dat komt nogal eens voor, meent hij. Dan kan de raad alleen maar achteraf een bepaalde conclusie trekken, maar vooraf heeft de raad zijn mening dan niet kunnen geven. De voorzitter antwoordt, dat dit nu ook al zo is en ook in het voor stel. Het portefeuillehoudersoverleg is een adviesorgaan naar het Dagelijks bestuur en de frequentie en de regelmaat zijn dusdanig, dat dit onmogelijk af te stemmen is. Als dat op alle commissie- en raads vergaderingen in het hele gewest moet wachten, dan zou men maar eenmaal per jaar iets kunnen doen, want dat is iets, dat nooit af te stemmen is en portefeuillehouders weten best hoe hun raadsleden denken en als er goed overleg is met de commissieleden, dan is dat verder helemaal geen probleem. Raadslid Van de Kreeke zegt, dat de situatie nu zo is, dat er heel veel portefeuillehouders in het Dagelijks Bestuur zitten, dat deze porte feuillehouders komen naar de commissies van advies en bijstand, dat daar per gemeente een raadslid in zit, die met de portefeuillehouders kunnen voerleggen, adviseren enz., enz., en ook terugkoppelen. De voorzitter zit absoluut geen voorstel te verdedigen. Hij consta-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 15