-11-
Artikel 5.5.1 Verbod vuur te stoken.
1. Het is verboden in de openlucht vuur aan te leggen, te stoken of te
2. a. Burgemeester en wethouders kunnen voor snoeihout ontheffing verle
nen van het in het eerste lid gestelde verbod.
b. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen omtrent
het verbranden van snoeihout.*
3. De ontheffing bedoeld in het tweede lid kan worden geweigerd:
a. in het belang van de openbare orde en veiligheid;
b. ter bescherming van de woon- en leefomgeving;
c. ter bescherming van de flora en de fauna;
d. ter voorkoming van hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu
door rook, roet, stof, walm of stank.
4. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor zover:
a. op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften of artikel 429,
aanhef en onder 1 of 3, Wetboek van strafrecht van toepassing is,
of
b. het betreft verlichting door middel van kaarsen, fakkels en
dergelijke of het betreft vuur voor koken,, bakken en braden,
indien dat geen gevaar oplevert voor de omgeving.
Artikel 25.
Ten aanzien van artikel 6.2, tweede lid:
1. Het bepaalde onder a en d vervalt.
2. Het bepaalde onder b.en c wordt vernummerd tot a en b.
Artikel 26.
In artikel 6.3, vijfde lid wordt onderdeel g geschrapt.
hebben.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
1 juli 1993.
De raad voornoemd,
secretaris,
voorzitter,
WIJZAPV.r07
