gemeente teteringen TOELICHTING OP DE EXPLOITATIEVERORDENING GEMEENTE TETERINGEN Algemeen Steeds meer wordt de gemeente geconfronteerd met het niet volledig uit kunnen voeren van actieve grondpolitiek. Dit houdt in dat naast de door de gemeente te verwerven gronden, welke vervolgens bouwrijp worden gemaakt en tenslotte worden uitgegeven, steeds meer particuliere initiatieven tot grondexploitatie ontstaan. In dergelijke situaties, waarbij zowel gemeente lijke als particuliere grondexploitatie plaatsvindt, is de gemeente verantwoordelijk voor de aanleg van de benodigde infrastructurele werken, zoals wegen, straten, riolering etc. Middels de actieve grondpolitiek worden deze kosten doorberekend aan de netto-uitgeefbare bouwterreinen. Ingeval van particuliere grondexploitatie is een dergelijke doorberekening niet mogelijk, simpelweg vanwege het feit dat de grond niet in eigendom is van de gemeente. Toch is het uit een oogpunt van gelijkheid en rechtszekerheid rechtvaardig, dat ook particuliere grondexploitanten een (financiële) bijdrage leveren in de kosten van de eerdergenoemde voorzieningen. Deze bijdrage wordt dan bepaald op basis van het profijt, dat deze (bouw)gronden hebben bij de aanleg van genoemde werken. In artikel 42 WRO is bepaald dat de gemeenteraad een verordening vaststelt, welke de voorwaarden bevat, waaronder de gemeente medewerking verleent aan het in bouwexploitatie brengen van gronden. Deze verordening wordt "Exploi tatieverordening" genoemd. De voorliggende verordening is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: a. Voorafgaande aan de realisatie van een bestemmingsplan moet duidelijk heid ontstaan omtrent de risico's welke verbonden zijn aan het niet volledig kunnen verwerven van de betreffende gronden. Aan de hand van deze risico's zal middels een raadsbesluit moeten worden vastgesteld, of en zo ja op welke wijze kostenverhaal zal plaatsvinden. Op deze wijze ontstaat vooraf duidelijkheid voor alle betrokkenen. Deze werkwijze sluit aan bij de op 26 juli 1991 in werking getreden wijziging van de gemeentewet, i.e. de wijziging van de bestaande bouwgrond- en baatbelasting (Stb. 394). In deze wet wordt het nemen van een bekostigingsbesluit voordat wordt aangevangen met de voorzieningen van openbaar nut, verplicht gesteld. Het opnemen van een kostenver- haalsbesluit in de exploitatie-verordening verduidelijkt dan ook de samenhang tussen het kostenverhaal via exploitatie-overeenkomst enerzijds en het verhaal op basis van een bouwgrond- of baatbelasting anderzijds b. Op basis van het onder a. genoemde uitgangspunt dient de wijze van toerekening van profijt via de methoden van gronduitgifte, kostenver haal via exploitatie-overeenkomst en kostenverhaal via m.n. bouwgrond belasting zoveel mogelijk op elkaar te worden afgestemd. Dit betekent dat de in de exploitatie-verordening opgenomen systematiek van profijt- toerekening is gerelateerd aan de andere verhaalsmethoden; c. Het onder a. genoemde uitgangspunt brengt met zich mee dat de exploita tie-overeenkomst zowel op initiatief van de gemeente als op basis van een verzoek van exploitant kan worden aangegaan. Gelet op de opgenomen werkwijze zal een verzoekschrift tot het sluiten van een exploitatie-overeenkomst in de regel alleen voorkomen in situaties, waarbij incidentele voorzieningen moeten worden getroffen, vaak speciaal ten behoeve van exploitant. In de meeste overige gevallen zal immers steeds sprake zijn van de werking van een kostenverhaalsbe- sluit d. De opsomming van de verschillende voorzieningen van openbaar nut betreft tevens die werken, welke als gevolg van onder meer de milieu wetgeving vaak noodzakelijk zijn t.b.v. de uitvoering van een bestem mingsplan. Hieronder volgt een artikelgewijze toelichting. TOELEXVR.RO1

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 49