-18-
beetje eens met raadslid Brounts, maar elke gemeente heeft toch een
bepaalde autonomie en men moet wel terdege opkomen voor eigen belan
gen. Nu zijn bepaalde grote gemeenten, Etten-Leur, Breda, Oosterhout
het al op een aantal punten niet eens en als men het in het Stadsge
west Breda met 21 gemeenten al zo moeilijk heeft, hoe moet men dan met
40 gemeenten tot een consensus komen?
Het CDA is ook vreselijk benieuwd naar het hieruit voortvloeiende
stappenplan en naar de termijn die hiervoor staat. Zijn fractie is ook
bezorgd over het financieel gedeelte, alhoewel dit voor Teteringen
slechts marginaal is. Gesproken wordt over 300.000,(voorlopig
geraamd) en dan denkt hij met enige zorg: waar gaat dit naar toe?
Raadslid Valk hoopt, dat de besluitvorming gerealiseerd kan worden en
daar is hij niet op tegen. Maar waarom moet het groter worden? Het is
een modeverschijnsel om alles maar groter te maken. En een bedrag van
300.000,(exclusief BTW, dus dat wordt rond de 350.000,vindt
hij niet zo marginaal en dat wordt dan aangeduid als 'voorlopig' en
dat is dan nog maar alleen voor het opstellen van een notitie ten
behoeve van de eerste fase in het opschalingsprojectEn waarom? Er is
sprake van twee stadsgewesten: Stadsgewest Breda en Stadsgewest
Westelijk Noord-Brabant. Zitten daar geen mensen, die rond de tafel
kunnen gaan zitten en dit op poten kunnen zetten? Waarom moet er nu
weer een nieuwe projectleider aangetrokken worden? De bomen groeien
toch niet tot aan de hemel, en er wordt maar zo makkelijk overheen
gestapt
Raadslid Braat vindt, dat de raad de afgelopen jaren is geconfronteerd
met een lawine van plannen, voorstellen en rapporten, zoals: het
rapport Konijnenbelt, rapport commissie Schampers, Streekplan Noord-
Brabant, de regiovisie, het IRW en een dezer dagen het concept
ontwerp Regeling Samenwerkingsgebied Breda, dat morgen in de commissie
van advies en bijstand voor bestuurlijke organisatie in Den Bosch zal
worden behandeld. En op pagina 44 van dit laatste ontwerp komt nog
eens haarscherp tot uitdrukking, dat Teteringen door haar situering in
het centraal stedelijk gebied is gekozen als grote bouwlokatie. Dit
citaat past in het oost/west-gerichte urbanisatiepatroon en ligt dicht
bij Breda. Teteringen wordt niet alleen heringedeeld, maar gaat in de
visie van de plannenmakers een wezenlijke bijdrage leveren aan het
wegnemen van het ruimtelijk knelpunt van de centrumgemeente. Dus het
dorp Teteringen wordt in de naast toekomst weggesaneerd als gevolg van
een falend woningbouwbeleid van de stad Breda in de laatste 20 jaar.
Er walst een bestuurlijke moloch over Teteringen heen, die even
vrolijk van de ene op de andere dag zijn mening herziet en die elk
uitzicht op een aanvaardbaar toekomstperspectief belemmert. De WD
ondersteunt daarom het initiatief van de gemeente Nieuw-Ginneken om
voorliggende regeling bestuurlijk Overleg West-Brabant aan te houden
tot de gemeentelijke herindeling definitief is geworden. En zijn
fractie voegt daaraan toe dit initiatief te willen zien als een
hernieuwd protest tegen gemeentelijke herindelingsplannen en roept de
andere partijen in deze raad op om het WD-voorstel te steunen.
De voorzitter geeft ten antwoord, dat weliswaar 39 gemeenten deze
regeling aangaan, maar dat Provinciale Staten enige maanden geleden al
besloten hebben, dat Brabant in gewesten zal gaan werken en dat deze
gewestelijke samenwerking zal ingaan per 1 januari 1997 of zoveel
eerder als mogelijk is. En dit besluit past geheel en al in de reorga
nisatie van het binnenlands bestuur, op grond waarvan de provincie
besluitvorming heeft moeten doen; daarvandaan zijn er vier regio's
gekomen
Wat is nu wijsheid? Als men gaat afwachten tot na de gemeentelijke
herindeling, zegt spreker tot raadslid Brounts, dan is er nog maar een
heel korte termijn om de zaken alsnog te regelen. En wat er nu gebeurt
is niet, dat er besloten wordt dat er 39 gemeenten met elkaar gaan
samenwerken bij bepaalde taken, maar er wordt gezegd: nu het gebied
van het Stadsgewest Breda toch in grote lijnen moet gaan samenwerken
met het Streekgewest Westelijk Noord-Brabant, is het verstandig om
daar tijdig aan te beginnen. En daarom wordt er nu een gemeenschappe
lijke regeling gemaakt en wordt er gevraagd om ermee in te stemmen,
dat de twee stadsgewesten tezamen weer een nieuwe gemeenschappelijke
regeling aangaan om te gaan onderzoeken op welke wijze de toekomstige
invulling moet zijn van dat gebied West-Brabant, bestaande uit deze
twee voormalige regio's. Dat is aan de orde en er wordt gevraagd om
daar de eerste stappen voor te zetten en daarbij inderdaad externe
deskundigheid aan te trekken om dat proces geheel en al te begeleiden.
Want het is natuurlijk geen flauwekul, zoals de raad zelf ook consta-