-12-
gen in het kader van de eigen verantwoordelijkheid van de raad, zolang
die in Teteringen zitting heeft. Het lijkt hem verstandig om duidelij
ke uitspraken te doen. En hij weet, dat De Dorpsgemeenschap dat
natuurlijk niet nastreeft, maar als de gemeenteraad van Teteringen
niet duidelijk is in zijn stelling dat een grootschalige bouwlokatie,
met een weg er doorheen, volstrekt afgewezen wordt, dan staat de deur
open voor de mogelijkheid voor een andere gemeente om nu al een bres
te slaan in de eensgezindheid van Teteringen, die hij wil blijven
koesteren. En hij mist dat enigszins in de stellingname van De Dorps
gemeenschap.
Raadslid Van Casteren wil zijn standpunt nogmaals aangeven: De Dorps
gemeenschap stelt, dat Teteringen niet een tweede Hoge Vucht wil
worden. Dat lijkt hem duidelijk genoeg.
Raadslid Adriaansen vervolgt. Kan het college enige zekerheid geven
over de aantallen te bouwen woningen, die genoemd worden? In de
Struktuurvisie heeft Teteringen 1500 woningen aangeboden; in het
voorontwerp Stadsregio wordt gesproken van 3000 woningen. Maar men
zegt ook wel eens: je moet dat optellen, dus 4500 woningen. In het
dorp zegt men dan: dat beperkt zich tot 3000. Maar over welke aantal
len praat men nu eigenlijk?
Raadslid Braat dankt voor het antwoord van het college inzake de
procedure. Wat betreft de reactie naar G.S. toe zegt hij nogmaals:
perfect, prima. Want wat in het voorontwerp staat is natuurlijk
verschrikkelijk en betekent op termijn, dat de hartslag van Teteringen
wordt afgeknepen, om met het college te spreken.
De discussie tussen de raadsleden Van Casteren Adriaansen heeft voor
spreker de duidelijkheid niet bevorderd. Want het CDA wijst een
grootschalige bouwlokatie met een weg af, en De Dorpsgemeenschap wil
niet een tweede Hoge Vucht. Maar de WD wil dat geen van tweeën. De
gedachte van De Dorpsgemeenschap om op enigerlei wijze in gesprek te
komen met Breda, lijkt hem op zichzelf geen slechte gedachte, alleen
zou hij ervoor willen waken om daar geen Don Quichotterie uit te
halen, dus daarvan geen al te hoge verwachtingen te hebben. De voor
zitter heeft aangekondigd dat binnen een dag of veertien een oriënte
rend gesprek met Breda zal plaatsvinden. Daarvan zal toch in ieder
geval een rapportage over verschijnen. Zijn suggestie is, om daar eens
naar te kijken en te bezien of er een kader kan worden geschapen om
aan de contacten met Breda gestalte te geven, op welke manier dat dan
moet gebeuren. Hij zou willen pleiten voor een gesprek met Breda onder
bepaalde randvoorwaarden en binnen een duidelijk kader.
Raadslid Joosen zou ervoor willen pleiten om op de ingeslagen weg
voort te gaan en liefst nog iets harder, zodat Teteringen niet als een
geslagen hond van de onderhandelingstafel moet opstaan. Als Breda tóch
door wil zetten en haar zin wil krijgen - of dat nu worst heet of
achterham - dan gaat dat toch gewoon door en dan zou hij liever
verliezer met ere zijn en zoveel mogelijk voor Teteringen en zijn
inwoners hebben gedaan, dan slap te zeggen: als we nu heel lief zijn,
geeft u ons dan ook nog een kwartje terug? Van zulke onderhandelingen
is hij zeker geen voorstander.
Wat betreft de welzijnszaken bedoelde hij te zeggen: als men de gehele
vergadering had meegemaakt had men kunnen proeven: er moet nog een
vierjarenbegroting komen en die moet dan ook heel goed zijn, want dan
gaf dat doorslag, als men straks terugkomt. Alhoewel spreker 't Web
een warm hart toedraagt, moet er toch rekening mee worden gehouden,
dat er in Breda geen dertig Web's zijn, maar minder. En daar zal men
minder royaal met de portemonnaie rammelen als men hier in Teteringen
doet. Dan vreest hij, dat men straks - als er een veel te krap budget
komt - weer achter een nieuw bestuur aan moet.
Het antwoord van de voorzitter met betrekking tot afspraken voor een
onderhoud vindt spreker niet zo fijn. Hij wilde iets vragen, waar hij
mee zat en de voorzitter was daarvan op de hoogte. En uiteraard heeft
hij het recht om op vakantie te gaan, maar als hij dan vraagt of dat
de volgende keer iets anders zou kunnen, zodat er dan tijd is voor een
raadslid, nou, hij denkt dat een van de grootste fracties van Breda
haar burgemeester nog vlugger te spreken zou krijgen, en die burge
meester gaat wel eens maanden weg. Dat was alles wat hij bedoelde te
zeggen en hij gunt de burgemeester zijn vakantie van harte.
De voorzitter heeft de discussie tussen de raadsleden gevolgd en zegt
hierover, dat het Streekplan en de uitwerking daarvan een provinciale