Artikel 14
In artikel 14 wordt de zinsnede "weduwen- en wezenpensioen" vervangen door:
nabestaanden- en wezenpensioen.
Artikel 15
Artikel 17 komt te luiden:
1. Het pensioen wordt berekend over de tijd doorgebracht als wethouder,
volgens een of meer van de artikelen 18, 19 en 19a, naar de laatstelijk
als wethouder genoten wedde, vermeerderd met het percentage van de
vakantie-uitkering.
2. Indien het pensioen wordt berekend volgens zowel artikel 18 als 19,
geldt voor de pensioenberekening over tijd voor 1 januari 1986 als
laatstelijk genoten wedde een bedrag gelijk aan 100/110 maal het bedrag
van de eventueel naar de regelen, vastgesteld bij de algemene maatregel
van bestuur bedoeld in artikel 57 aangepaste wedde voor de vaststelling
van de pensioengrondslag voor de pensioenberekening over tijd tussen
31 december 1985 en 1 januari 1995 met toepassing van artikel 19. De in
de eerste volzin eerstbedoelde wedde bedraagt niet minder dan het
bedrag van laatstbedoelde wedde verminderd met 6.320, Het bedrag
van 6.320,wordt telkens aangepast bij de algemene maatregel van
bestuur bedoeld in artikel 57, overeenkomstig de aanpassing van een
bedrag dan op 1 januari 1985 63.200,bedroeg.
3. Indien het pensioen wordt berekend volgens zowel artikel 18 als artikel
19a, geldt voor de pensioenberekening over tijd voor 1 januari 1986 als
laatstelijk genoten wedde een bedrag gelijk aan 100/110 maal het
bedrag, bedoeld in het vierde lid.
4. Indien het pensioen wordt berekend volgens zowel artikel 19 als artikel
19a geldt voor de pensioenberekening over tijd tussen 31 december 1985
en 1 januari 1995 als laatstelijk genoten wedde een bedrag gelijk aan
de eventueel naar de regelen, bedoeld in het tweede lid aangepaste
wedde voor de vaststelling van de pensioengrondslag voor de pensioenbe
rekening over tijd na 31 december 1994 met toepassing van artikel 19a,
vermenigvuldigd met een debruteringsfactorDeze factor is de breuk,
waarvan de teller honderd bedraagt en de noemer de som is van honderd
en het percentage waarmee de wedde als wethouder per 1 januari 1995
uitsluitend ter uitvoering van artikel II van de wet van 19 mei 1994,
houdende wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers
(onder andere ter zake van inhoudingen op het inkomen en gelijke
franchise voor de pensioenberekening) (Stb. 418) is gewijzigd.
5. Bij de berekening van een pensioen van een gewezen wethouder die voor
1 januari 1986 voor zijn bezoldiging geacht werd niet de volledige
werkweek aan het wethouderschap te besteden, wordt de laatstelijk
genoten wedde, vastgesteld volgens het tweede of derde lid, vermenig
vuldigd met de deeltijdfactor.
Artikel 16
Van artikel 18 vervallen het zesde en zevende lid.
In lid 4 wordt "in artikel 3, lid 2" twee maal vervangen door: in arti
kel 4a. De zinsnede "in artikel 3, leden 1 en 4" wordt vervangen door: in
artikel 3, leden 1 en 2
Artikel 17
Het opschrift van artikel 19 komt te luiden: Berekening van het eigen
pensioen over tijd tussen 31 december 1985 en 1 januari 1995.
Artikel 19 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt de zinsnede "na 31 december 1985" vervangen
door: tussen 31 december 1985 en 1 januari 1995.
2. Het tweede lid vervalt.
3. Het derde tot en met elfde lid worden vernummerd tot het tweede tot en
met tiende lid.