-26-
Tot raadslid Adriaansen zegt spreker, dat de verpaupering van de
boerderij op het Moleneind een kwestie is van ruimtelijke ordening. Op
een bouwkavel in het buitengebied mag één woning aanwezig zijn.
Indertijd is daar een woning gebouwd ter vervanging van een bestaande
boerderijHet college heeft verzoeken gekregen voor renovatie van
deze boerderij maar dat zou betekenen, dat er op dat kavel al één
woning staat, dus het is kiezen of delen. Zelfs is er met het college
te overleggen over termijnen, waarop de tweede woning, zijnde de nieuw
gebouwde woning, zou moeten verdwijnen, maar op dat punt komen partij
en niet tot overeenstemming. Het gemeentebestuur zit daar ook in de
klem van het eigen ruimtelijke- ordenings-beleidEn terecht, want het
beleid is: geen burgerwoningen erbij in het buitengebied, en op deze
wijze zou men sluipenderwijs hierin verzeild kunnen raken. Deze
kwestie zal hoogstwaarschijnlijk in de commissie grondgebied al eens
aan de orde zijn geweest, want het is gebruikelijk, dat het college
dergelijke zaken in die commissie ter sprake brengt.
Tot raadslid Joosen zegt spreker, dat ook de andere fractievoorzitters
een brief hebben gekregen van Felet. Daarom stelt hij voor om deze
brief, die boordevol feiten staat, in een commissievergadering te
bespreken. Aangaande het merendeel van de in de brief vermelde zaken
heeft de heer Felet overigens tegen het college een gerechtelijk
geding aangespannen, dat op het ogenblik in een beroepssituatie is.
Daarom denkt hij dat het goed is om eerst de uitspraak van de rechter
af te wachten alvorens daarover verder te spreken. De brief begint dan
ook met: "Op mijn vorige brief heb ik niet meer antwoord gekregen dan:
voor kennisgeving aangenomen." En dat is ook juist, want de zaak is
nog onder de rechter.
In de tweede termijn merkt raadslid Verbraak op, dat de gemaakte
opmerkingen inzake de punaises reeds aangeven, dat het gaat om het
visuele aspect. 18 cm kan dan wel gepland zijn, maar geregelde passan
ten gaan na het verlaten van de plateaus gas bijgeven, omdat er geen
obstructies te verwachten zijn. Op de tekening staat: 18 cm en inder
tijd is daar goedkeuring aan verleend, maar nu pas ziet men het erbij
liggen. (En met 70 km overheen rijden mag natuurlijk niet, maar het
wordt wel gedaan)
Raadslid Van der Veeken heeft een probleem met de aanleg van de
fietspaden. Aan de eigenaar van de betreffende woning is dan wel de
toezegging gedaan, dat zijn huis wellicht opgekocht wordt, terwijl de
raad nog niet weet hoe het fietspad wordt getraceerd. Dan komt er
straks een plan, en dan wil de raad het fietspad nét een paar meter de
andere kant op. De raad moet wel achter de plannen kunnen staan, want
de mensen spreken de raadsleden daarop aan. Hij denkt toch, dat dat
een beetje minder correct is. Als dat zomaar wordt toegezegd, kan de
raad daar straks niet meer onderuit. Want de eigenaar moet in staat
worden gesteld een nieuw huis te kopen, en dat kan alleen maar als het
oude verkocht is, en dat gebeurt niet, als de gemeente met het fiets
pad achterom gaat. Dan zou de raad toch een beetje voor het blok
worden gesteld in deze.
Alhoewel hij over de Langelaar geen antwoord heeft gekregen stelt hij
toch voor, om bij de Hameldonk plastische chirurgie toe te passen en
een stukje van de oren af te snijden. Dat lijkt hem het voordeligst,
en niet zo duur als steeds weer alles repareren.
Raadslid Van Casteren heeft in het boekje "Teteringen 200" gelezen,
dat de wegen in Teteringen verhard gingen worden, zodat de landbouw-
produkten onbeschadigd ter veiling kunnen komen. Kennelijk is men weer
terug bij af.
De wethouder stelt zich nogal bescheiden op omtrent zijn kennis en
kunde over verkeerszaken. Hij is echter denkelijk toch wel aardig op
de hoogte. Bovendien, dat blindelings varen zal ook wel meevallen,
want dat zou, wanneer hij dat werkelijk meent, een ontkenning inhouden
van de technische kennis van de eigen dienst.
Wat de wethouder bedoelt met het woord 'kinderachtig' is spreker niet
geheel en al duidelijk. Wel wil hij zeggen, dat de bedoeling van De
Dorpsgemeenschap duidelijk is, namelijk: geen kans geven aan roddel en
achterklap. Het tijdstip waarop hem een en ander ter ore kwam was té
kort om voor de vergadering nog vooroverleg te kunnen plegen. Duide
lijk is dus, dat hierover geen roddel en achterklap mag ontstaan. De
Dorpsgemeenschap heeft nu al de wethouder de kans willen geven om in
het openbaar afstand te nemen van de gewekte suggestie over zijn