-27-
verantwoordelijkheid in deze, waarbij De Dorpsgemeenschap en met name
de naam van mevrouw Van Hooijdonk in het geding was. Met de woorden in
eerste termijn van de wethouder, waarmee deze afstand neemt van die
opmerkingen, neemt zijn fractie genoegen en hij sluit hiermee de
discussie
Het is toch aardig, dat eenmaal reeds de lokatie golfbaan in druk
verschenen is!
Verder vraagt hijof het college met de suggestie dat er te praten
valt over de termijn waarop de tweede woning aan het Moleneind weg zal
gaan, bedoelt, dat de termijn waarop dit nog buitengebied is, wel eens
niet meer zo erg lang zou kunnen zijn?
Raadslid Joosen heeft in de vorige vergadering over dezelfde oren in
de Langelaar gesproken. Toen heeft het college een weinig arrogant
gevraagd: U denkt toch niet, dat wij geen goede adviseurs hebben? Nu
zegt het college, dat men er toch eens naar zal kijken. Dus van die
arrogante toespeling is maar bitter weinig overgebleven. Daarom is hij
verheugd, dat hij dit keer toch een beetje gelijk heeft gekregen.
Wethouder Verstegen zegt tegen raadslid Joosen, dat het zeker niet de
bedoeling is van het college om arrogant te zijn tegen de raad. Ten
aanzien van de Langelaar zijn er de vorige keer nogal wat kritische
opmerkingen gemaakt, die het college ook bekend waren. Toen is er
gezegd: laten we eerst eens wachten tot het werk klaar is en daarna
evalueren, om te bezien waar er correcties zouden moeten worden
aangebracht. Dat is de vorige keer reeds gezegd en daarmee moet men
doorgaan. Elke verandering geeft nu eenmaal een andere situatie, maar
wanneer die wijzigingen het verkeer onmogelijk maken, dan moeten ze
worden aangepast, zoals ook raadslid Van der Veeken al aangeeft. Het
lijkt hem echter niet verstandig om naar aanleiding van enkele klach
ten meteen al veranderingen aan te brengen.
Over de punaises zegt spreker nog, dat alle zaken daar nog eens goed
moeten worden geëvalueerd, ook wat betreft de oren op het Hoeveneind.
Wanneer er nog zaken zijn, ondanks alle tekeningen en berekeningen,
die in de praktijk anders uitvallen, dan moeten die aangepast worden,
alhoewel hij niet hoopt, dat de hele weg overhoop gegooid moet worden.
Hij heeft gezegd, dat men blindelings moet kunnen varen op de adviezen
van derden, maar niet, dat hij blindelings vaart, dus dat is heel iets
anders. Het bureau dat de deskundigheid levert, heeft naar aanleiding
van onderzoeken, o.a. naar de draaicirkels van het vrachtverkeer, de
tekening gemaakt en ook de medewerkers hebben hier serieus naar
gekeken, zij weten meer dan hij, maar samen komt men er heus wel uit.
Maar het gehele plan, vanaf het Moleneind via de Langelaar naar Steen
bergen en Moleneind, is ee'n hele hap. En hij staat daar dus niet
dagelijks bij
De Dorpsgemeenschap is voorstander van duidelijkheid wat betreft de
kwestie van de verkeerssluis op het Hoeveneind en spreker zelf vindt
dat ook. Nu raadslid Van Casteren heeft gezegd zelf pas kort tevoren
van de juiste toedracht op de hoogte te zijn gesteld, zou spreker een
keer in een persoonlijk gesprek - desnoods met de fractie - met De
Dorpsgemeenschap hierover van gedachten willen wisselen, zodat er
zeker geen misverstand over deze kwestie kan blijven bestaan.
De voorzitter zegt tegen raadslid Van der Veeken, dat aankopen steeds
worden gedaan onder voorwaarde dat de raad akkoord gaat. Maar bij de
voorbereiding ervan wordt van het college ook verwacht, dat er ade
quaat gehandeld wordt en gebruik wordt gemaakt van zich voordoende
mogelijkheden. Soms zijn termijnen te lang om helemaal tot afronding
te komen. En als het dan gaat over zulke grote investeringen als
fietspaden, dan kan een college alreeds inlichtingen inwinnen over
bijv. de bijdrage, of de beste ligging van zo'n fietspad. Als dat
zorgvuldig is voorbereid, zal een raad over het algemeen geen grote
wijzigingen in plannen aanbrengen. Tijdens zijn ambtsperiode is dat
hier ook nog niet voorgekomen. En de suggestie van het raadslid, dat
het fietspad ook op andere wijze gelegd zou kunnen worden, is eigen
lijk geen goede optie.
De veronderstelling van raadslid Van Casteren, dat de termijn iets te
maken zou kunnen hebben met de bestemming van het gebied waarop de
door raadslid Adriaansen genoemde boerderij gelegen is, is onjuist.
Het is alleen gegaan over een termijn, waarop de huidige bewoonster de
boerderij zou verlaten als de andere boerderij gerenoveerd wordt. Dat
moet geen erg lang lopende kwestie zijn en daarover moeten afspraken