gemeente teteringen Verordening uitstroompremies gemeente Teteringen 1996 1 Algemene bepalingen 2 Voorwaarden voor het recht op premie De raad van de gemeente Teteringen, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 december 1995. gelet op de Tijdelijke wet stimulering sociale vernieuwing, Stb. 1993, 682, de Algemene bijstandswet, Stb. 1995, 200, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsonge schikte werkloze werknemers, Stb. 1995, 200, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Stb. 1995, 200) en gelet op artikel 150 van de Gemeentewet, Stb. 1993, 610; oven/vegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van premies in verband met het aanvaar den van arbeid bij verordening te regelen; besluit vast te stellen de volgende Verordening uitstroompremies gemeente Teteringen 1996: Artikel 1 Begripsbepaling In deze verordening wordt verstaan onder a. werkloze: 1° de belanghebbende die recht heeft op algemene bijstand ingevolge de Algemene bijstands wet (Stb. 1995, 200) 2° de belanghebbende die recht heeft op uitkering ingevolge de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (Stb. 1995, 200) 3° de belanghebbende die recht heeft op uitkering ingevolge de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Stb. 1995, 200) b. arbeid: 1° betaalde arbeid op arbeidsovereenkomst ingevolge het Burgerlijk wetboek, met uitzondering van een overeenkomst ingevolge de banenpoolregeling, de Jeugdwerkgarantiewet en enige andere wettelijke of privaatrechtelijke regeling of overeenkomst, welke primair op werkerva ring is gericht; 2° arbeid als zelfstandige c. referteperiode: de periode van zes maanden, volgend op de eerste dag van werkaanvaarding d. tijdelijk werk: arbeid voor een periode van minder dan een jaar. Artikel 2 Doelgroep 1. De werkloze, die extra belemmeringen ondervindt bij het vinden van arbeid, komt bij het aanvaarden van arbeid in aanmerking voor een premie. 2. Van extra belemmeringen, bedoeld in het eerste lid, is sprake indien zich ten aanzien van de werkloze één of meer persoonlijke omstandigheden voordoen, die het vinden van arbeid ernstig bemoeilijken. 4 Artikel 3 Aanvaarding van arbeid 1. Burgemeester en wethouders kunnen een premie toekennen aan de in artikel 2 bedoelde werkloze, in verband met het aanvaarden van arbeid, die leidt tot beëindiging van uitkering voor onbepaalde tijd. 2. In afwijking van het eerste lid kunnen burgemeester en wethouders een premie toekennen aan de in artikel 2 bedoelde werkloze, in verband met het aanvaarden van tijdelijke arbeid, die leidt tot beëindiging van uitkering, indien a. binnen de referteperiode door de belanghebbende op tenminste 40 werkdagen arbeid is verricht of 1

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 19